Hij bleef nog een poosje naar het scherm kijken nadat het donker was geworden. Toen zei hij: ‘Een super-eenmansschip. Finagles ogen! Ik had het nooit geloofd.’
‘Bestuurd door een soort super Gordelman,’ zei Luke. in z’n dooie eentje. Geen amusement nodig, ’t Kan ’m niet schelen wat hij eet. Zo sterk als King Kong. Ongeveer humanoïde.’
Nick glimlachte. ‘Zou dat alles hem niet tot een hoger wezen maken?’
‘Dat ontken ik geen seconde. En dat meen ik nog echt ernstig ook. We zullen moeten wachten en kijken hoe de zaak zich ontwikkelt.’
Brennan bewoog zich even.
Hij had zich uren lang niet verroerd. Hij lag op zijn rug in de bak met wortels, zijn lichaam gekromd in een bijna foetale houding, zijn ogen gesloten, zijn vuisten gebald. Zijn maag was nog steeds opgezwollen. Maar nu bewoog hij een arm en Phssthpok keek met plotselinge aandacht naar wat hij deed.
Brennan stak zijn hand uit naar een wortel, stopte er een stuk van in zijn mond, beet en slikte. Beet en slikte, beet en slikte, onder Phssthpoks oplettende blik. Zijn ogen bleven dicht.
Brennans hand liet de laatste paar centimeter van de wortel los, en hij draaide zich om en hield op met bewegen.
Phssthpok ontspande zich. Even later droomde hij.
Dagen geleden was hij opgehouden met eten. Hij zei tegen zichzelf dat het te vroeg was, maar zijn maag geloofde het niet. Hij zou net lang genoeg leven. Ondertussen droomde hij.
… Hij zat op de grond van de Bibliotheek met een stuk wortel in zijn kaken en een oud boek opengeslagen op een knoestige knie, en een kaart voor zich uitgespreid op de vloer. Het was een kaart van de Melkweg, maar één waarop verschillen in tijdsverloop te zien waren. De sterren van de Kern waren in de formaties die ze drie miljoen jaar geleden hadden gevormd, maar de buitenste armen waren vijfhonderdduizend jaar jonger. De bibliothecarissen hadden er bijna een jaar aan gewerkt.
Ga er vanuit dat ze een afstand X hebben afgelegd, zei hij tegen zichzelf. Hun gemiddelde snelheid moet 0,06748 van de snelheid van het licht zijn geweest, dank zij de wrijving van het stof en het zwaartekracht- en elektromagnetische veld van het heelal. Hun laserbericht kwam met de snelheid van het licht terug; houd rekening met de kromming van de ruimte. Geef ze een eeuw om de laser te bouwen; daar zouden ze alle tijd in steken die ze hadden. Dat wil dus zeggen dat X gelijk staat aan 33.210 lichtjaren.
Phssthpok zette zijn kompas op de kaart en trok een cirkel met de Pak-zon als middelpunt. Onzekerheidsfactor: 0,001, dertig lichtjaren. Ze zitten ergens op die cirkel!
Ga er nu eens van uit dat ze een rechte koers volgden vanuit de kern van de Melkweg. Een goed uitgangspunt: er waren sterren in dat deel van de Melkweg, en de Pak-zon was al een behoorlijke afstand van de kern. Phssthpok trok een radiaal. Grotere onzekerheidsfactor hier. De expeditie zal zelf fouten hebben gemaakt in het uitzetten van de koers, zal wijzigingen hebben aangebracht… En de rechte lijn zou nu wel gebogen zijn, terwijl de Melkweg ronddraaide als een trage draaikolk. Ze zullen het vlak van de Melkweg zijn gevolgd. En ze zijn in de buurt van dit punt hier. Ik heb ze gevonden…
Phssthpoks helpers krioelden als een leger mieren door de Bibliotheek. Elke Beschermheer die te bereiken was had zich bij zijn onderneming aangesloten. Het is ergens in de afdeling Astronautica, Phwee. Zorg dat je het vindt! We hebben die diagrammen van de stuwschep nodig. Ttuss, ik moet weten wat er gebeurt als een Beschermheer oud wordt, en wanneer dat gebeurt, en factoren die daarbij van belang zijn. In de Medische Afdeling is waarschijnlijk een exemplaar van dat rapport. Misschien is het later nog wel uitgebreid. Hratchp, we moeten erachter komen wat ervoor zorgt dat een boom-des-levens niet goed groeit in een van de armen van de Melkweg. Je hebt agronomen nodig, medische onderzoekers, chemici, astrofysici. Gebruik het Dal van Pitchok voor je experimenten en bedenk wel dat de planeet waarop ze landden bewoonbaar was. Probeer met de grond te experimenteren, verminder met reduceerfilters het licht van de sterren, doe hetzelfde met straling. Jullie daar, van de afdelingen Natuurkunde en Techniek: ik heb een fusiemotor nodig om binnen een zonnestelsel te kunnen manoeuvreren. Ik heb lanceersloepen nodig voor alles wat we bouwen. Ontwerp ze! Iedere kinderloze Beschermheer op de planeet zocht naar een doel om voor te leven, een Ideaal, en Phssthpok zorgde daarvoor…
… Het schip, eindelijk voltooid, in drie delen op het zand, niet ver van de Bibliotheek. Phssthpoks leger verzamelde zich. We hebben monopolen nodig, we hebben boom-des-levens wortels nodig, en zaad, we hebben enorme hoeveelheden waterstof nodig om het schip tot brandstof te dienen. De schep werkt niet beneden een bepaalde snelheid. Meteoorbaai heeft alles wat we nodig hebben. We kunnen ze aan! Voor het eerst in twintigduizend jaar verzamelden de kinderloze Beschermheren van Pak zich voor een oorlog…
… Zijn eigen Virus QQ werd gebruikt voor de Voortplanters; de overlevenden werden opgespoord en afgemaakt. De nu kinderloze Beschermheren sloten zich bij hem en zijn leger aan. Hratchp kwam met het rapport over het vreemde, ingewikkelde geheim van de boom-des-levens wortel…
Iets bonkte drie keer tegen de wand.
Eén ogenblik dacht hij dat het een herinnering was, zo ver heen was hij. Toen sprong hij op en staarde naar een punt hoog op de gebogen wand van het vrachtruim. Zijn geest werkte razendsnel. Hij had geweten dat er een soort non-organisch fotosynthese-pro-ces gaande was, in de bovenlaag van het stof. Nu bouwde zijn geest dat gegeven verder uit: stromingen in het stof, fotosynthese bovenin, stromingen die voedsel omlaag voerden naar grotere levensvormen. Hij had dat wel eerder kunnen bedenken en het moeten nagaan. Phssthpok was ver heen. Ouderdom en een minder wordende motivatie zetten hem al te vroeg af.
Drie keer een bonkend geluid, met regelmatige tussenpozen, bijna recht onder hem.
In één sprong was hij aan de overkant van het ruim. Zacht en geruisloos landde hij. Raapte de verzachter met de platte voorkant op. Wachtte.
Hypothese: iets intelligents was bezig het vrachtruim te sonderen met echo’s. Grootte: onbekend. Intelligentie: onbekend. Technologie: waarschijnlijk niet veel, dank zij de omgeving. Ze zouden wel blind zijn hier, als ze al ogen hadden. Een gevoel voor geluid zou het ontbrekende gezichtsvermogen kunnen compenseren. De echo’s van al dat gebonk zouden heel wat informatie kunnen bevatten over wat binnenin het ruim was. En dan?
Dan zouden ze proberen binnen te komen. Intelligente wezens waren nieuwsgierig.
Fluïdokrimp was tegen veel bestand, maar onkwetsbaar was het niet.
Phssthpok sprong recht omhoog, door het luik, de minuscule stuurhut in. Hij liet zijn gevangene met grote tegenzin alleen, maar hij had geen keus. Hij deed de deur naar het ruim dicht, controleerde of hij wel goed op slot zat. Hij hees zich snel in zijn drukpak.
Drie bonken met tussenpozen, ergens onder hem. Pauze. Iets bonkte vlak naast zijn rechterarm. Phssthpok zette zijn ver-zachter tegen het fluïdokrimp. Bonk — en een dertig centimeter lange, ruw afgewerkte glazen staaf schoot door de wand heen. Phssthpok gaf er een harde ruk aan, stak zijn arm door het weke stuk en kreeg iets zachters beet. Hij trok.
Wat hij in zijn hand had, was iets dat ongeveer de vorm had van een Pak, maar kleiner en compacter. Het wezen had een speer beet, de punt naar achteren. Phssthpok gaf het een moordende klap waar het hoofd op de schouders zat. Er brak iets en het wezen verslapte. Phssthpok tastte het lichaam af op zachte delen. Ergens middenin het lichaam was een niet door bot beschermde plek. Phssthpok duwde zijn hand in die plek en wrong met zijn vingers, tot hij iets voelde bezwijken. Het wezen was nu waarschijnlijk dood.