Выбрать главу

De rechercheurs proefden lovend de cognac en spraken over de zaken die hen sterk bezighielden: bezuinigingen op het salaris en op de uitbetaling van de overuren, die bij een rechercheonderzoek vaak onvermijdelijk zijn.

Dick Vledder deed aan de discussie niet mee. Zijn gedachten verwijlden nog bij de overval. Toen hij voor de tweede keer van zijn cognac had genipt, vroeg hij gespannen: ‘Hoe kreeg je Monique van het Veer zover dat zij het flatgebouw verliet en rechtstreeks naar de schuilplaats van Peter van der Duin reed?’

De grijze speurder wees glimlachend naar het schilderij, dat gevat in een vergulde lijst, boven het dressoir een ereplaatsje had gekregen.

‘Ik vond het gelukkig onbeschadigd in Middelie terug. Ik had haar dat schilderij door Peter Karstens laten brengen… in opdracht van mij. Ik had het keurig in doeken verpakt. Direct op het linnen, onder aan het schilderij had ik een briefje bevestigd: Groeten uit Tsjecho-Slowakije van Martin van der Meulen. Ik hoopte dat die tekst haar in paniek zou brengen. En dat was ook heel wel mogelijk. De tekst beduidde zoveel dat ik de gehele samenhang begreep.’

Vledder schudde fel zijn hoofd.

‘Ik niet.’

Het klonk wat verbolgen.

De Cock glimlachte.

‘Jij pleegde ook niet de overval.’ Hij schoof wat in zijn fauteuil naar voren. ‘Ook ter wille van Marijn Stoops en Hans Rijpkema, die slechts zijdelings bij deze affaire zijn betrokken, zal ik proberen uit te leggen hoe alles precies in zijn werk is gegaan.’

Hij keek in de richting van Dick Vledder.

‘En dat is geen toveren uit een hoge hoed. Ik moet je zeggen, Dick, dat ik die schimmige figuur van Peter Shot altijd met wantrouwen heb bezien. Daarom liet ik na de moord in de woning van mevrouw Van Slooten een uitgebreid dactyloscopisch onderzoek instellen. De feiten gaven mij achteraf gelijk. Er waren geen afdrukken van vingers van Peter Shot in de woning, maar wel van Peter van der Duin.’ Hij grinnikte. ‘Ik werd in mijn wantrouwen jegens Monique van het Veer en de door haar gepresenteerde Peter Shot nog gesterkt, toen ze met hem de verkeerde kant uitliep.’

Vledder keek hem verbaasd aan.

‘De verkeerde kant,’ herhaalde hij verward.

De Cock knikte.

‘Smalle Lowietje vertelde ons dat kennissen van hem Peter Shot tussen een man en een blonde vrouw hadden zien lopen in de Korte Koningsstraat… richting Oude Schans. Toen wij later dat voorval aanhaalden, vertelde Monique ons dat Peter te diep in het glaasje had gekeken en dat zij en Richard op weg waren hem naar zijn hotel te brengen. Dat hotel was op de Martelaarsgracht en daarvoor liepen zij in de verkeerde richting. Dat klopte ook, want op de Oude Schans stond de wagen, waarmee zij en Van der Duin de zieke junk naar de boerderij in Middelie brachten. Maar daarover later. Het begon allemaal, toen Monique van het Veer als uitzendkracht te werk werd gesteld bij het transportbedrijf Van Woudrichem en Van Beusekom. Later achtte zij dat feit zo belastend, dat zij Peter van der Duin een inbraak liet plegen om haar bescheiden uit de loonadministratie te halen. Wat hem overigens niet lukte. Monique vond tijdens haar werk in een lade van een bureau een plan voor de beroving van een geldtransport.’

‘Bestond dat plan werkelijk?’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Het was feitelijk helemaal geen plan. De Nederlandse vertegenwoordiger van de fabriek die de geldwagens vervaardigt, had aan Van Woudrichem en Van Beusekom een nogal lijvig rapport gestuurd van een overval op een geldtransport, dat in Frankrijk had plaatsgevonden. Daarbij waren de wagens verwisseld. Het was feitelijk niet veel meer dan een informatie, waarmee het transportbedrijf zijn voordeel kon doen. Als onze officier van justitie ons niet zo uitdrukkelijk had verboden om met de beide directeuren te praten, dan waren wij daar veel sneller achtergekomen. Nu bleef het zogenaamde plan in een waas van geheimzinnigheid hangen. Voor Monique van het Veer was het echter een uitdaging. Het idee liet haar niet los. Ze sprak er over met Maria Kappelman en zei: “Waar vind je een man, die het aandurft?”’

Vledder knikte instemmend.

‘Ze vond er een.’

De Cock maakte een afwerend gebaartje.

‘Niet direct. Monique van het Veer kende al enige tijd Richard van Slooten, een jongeman die zich met het stelen van snelle auto’s bezighield. Tussen hen groeide een wat wilde verhouding, maar toen Monique met haar plan voor de overval kwam, deinsde Richard voor de consequenties terug. Het was te hoog gegrepen. De operatie, zo vond hij, ging duidelijk zijn krachten te boven. Intussen had Monique in de Amsterdamse binnenstad in een disco kennis gemaakt met Peter Shot. Zijn reputatie trok haar wel aan, maar ze vond de opschepperige junk toch geen geschikte partner. De man, die werkelijk aan haar eisen voldeed, moest ze nog ontmoeten. Het werd Peter van der Duin, de sterke, jolige chauffeur op lange afstanden, in dienst van Van Woudrichem en Van Beusekom. De tragiek van Peter van der Duin was, dat hij vrijwel onmiddellijk stapelverliefd werd op Monique. Ze heeft een bijzondere uitstraling voor mannen. Ik heb dat zelf ondervonden. Peter van der Duin was van het begin af aan niet werkelijk een partner in een drieste criminele onderneming, maar slechts haar willoze slaaf. Hij stemde onmiddellijk in met elk voorstel waarmee Monique kwam. Het aanvankelijke plan, zoals zij dat in die lade had gevonden, werd opzijgeschoven. Feitelijk om dezelfde reden waarom Peter Karstens zijn plannen opgaf… het aanschaffen van een gelijkende geldwagen was te duur en na het gebruik voor hen waardeloos. Monique had een beter plan. Voor de operatie, zoals zij die had uitgedacht, was medewerking nodig van een chauffeur van de geldwagen, die van zijn gebruikelijke route moest afwijken naar een punt waar hij gemakkelijk kon worden klemgereden. Wel, Peter van der Duin praatte zolang op Martin van der Meulen in, dat hij overplaatsing vroeg naar de geldtransporten. Bij de overval moest men de beschikking hebben over snelle vluchtwagens. Monique kende daar wel iemand voor en bracht Peter van der Duin in contact met Richard van Slooten. Er volgden besprekingen, die veelal bij Richard thuis werden gehouden en zo leerde Peter van der Duin ook mevrouw Van Slooten kennen. Op haar verzoek nam hij van een van zijn reizen naar Tsjecho-Slowakije een pop mee.’

Vledder glimlachte.

‘De beruchte pop op het dressoirtje.’

De Cock knikte. Zijn gezicht stond ernstig.

‘Die pop werd zijn ondergang.’

Marijn Stoops zwaaide om aandacht.

‘Jullie zijn toch tijden bezig geweest om die Peter Shot op te sporen. Ik begrijp nog steeds niet welke rol hij in die hele affaire speelt.’

De Cock schudde zijn hoofd.

‘Hij speelde helemaal geen rol… althans niet bij de overval.’ Hij pauzeerde even. ‘Ik heb al meer beweerd: als vrouwen een criminele instelling hebben, dan zijn ze veel geraffineerder en vooral meedogenlozer dan mannen. Monique had alle deelnemers een evenredig aandeel in de buit beloofd, maar verzweeg zorgvuldig haar plan voor de moorden. Ook haar spel met Peter Shot getuigt van een duivels raffinement. Hij moest als zondebok fungeren. Bovendien verschafte Peter Shot haar ongewild het wapen waarmee de moorden moesten worden gepleegd.’

Marijn Stoops sprong op.

‘Ik zei toch al dat het serpent kapsones had.’

De Cock lachte om de reactie.

‘Met wat spaarcentjes van zowel Monique van het Veer als Peter van der Duin, en ook zo’n beetje op krediet van de overval, hadden ze in Middelie een oude boerderij gekocht. Het was de bedoeling om daar samen… als de stormen rond de overval waren geluwd, te gaan wonen. Een ding stond Monique duidelijk voor ogen. Ze was niet van plan om na de overval als een opgejaagde crimineel te leven. Integendeel, ze wenste in alle rust van haar buit te genieten. Ze besefte heel goed dat de politie niet zou rusten voor ze de dader van de overval had gevonden. Wel, dat was geen probleem. Zij zou de politie wel een dader leveren… een dode Peter Shot.’