Выбрать главу

‘Je hebt gelijk. Er zijn parallellen… duidelijke overeenkomsten tussen beide moorden.’ Hij liet zich in zijn stoel terugvallen. ‘Maar het motief… wat voor redenen zijn er aan te voeren om George Brisbane als dader aan te merken? Je moet bedenken dat zowel Lucienne Wildenborch als Mareille van Luxwoude voor de Engelsman…’ De grijze speurder maakte zijn zin niet af. Er werd geklopt, kort, vinnig en Vledder riep: ‘Binnen!’ De deur van de recherchekamer ging open en in de deuropening verscheen een vrij lange man. Hij droeg een groene loden mantel en een bijpassend jagershoedje met een veer. De Cock schatte hem op rond de zestig. Zijn houding had iets van een militair. Bij het binnentreden deed de man zijn hoedje af en liep kaarsrecht en met vaste tred op de grijze speurder toe. ‘U bent rechercheur De Cock?’

Hij had een krachtige, welluidende stem, die de gehele recherchekamer vulde.

De oude rechercheur kwam uit zijn stoel omhoog.

‘Met ceeooceekaa,’ sprak hij wat beduusd.

De man lachte luid, uitbundig.

‘Men zei mij dat u zo zou reageren.’

De Cock trok zijn gezicht strak. Hij hield er niet van dat men om zijn hebbelijkheid lachte… een hebbelijkheid, die voortkwam uit de ergernis die bij hem opwelde wanneer men zijn naam verkeerd schreef.

‘Wie is men?’ vroeg hij bits.

‘Vrienden… vrienden van mij, die mij adviseerden om mij bij u te melden.’

De Cock wuifde naar de stoel naast zijn bureau.

‘Gaat u zitten.’ Hij nam zelf weer achter zijn bureau plaats. ‘Met wie heb ik het genoegen?’

‘Alex… van Alexander… Alexander van Waardenburg, uit de Beethovenlaan in Hilversum.’

Opnieuw raakte De Cock onder de indruk van het stemvolume dat de man blijkbaar moeiteloos produceerde.

‘U kwam zich melden?’ vroeg hij vriendelijk.

‘Ja.’

‘Als dader van een misdrijf?’

Alex van Waardenburg gebaarde achteloos.

‘Wat is het wezenlijk verschil,’ sprak hij triest, ‘tussen een misstap en een mis-drijf?’

De Cock glimlachte.

‘Een zielenherder zou met zo’n vraag beslist moeite hebben, maar als rechercheur is hij vrij gemakkelijk te beantwoorden. Als de wet op een mis-stap straf heeft gesteld… is het een mis-drijf.’ Alex van Waardenburg knikte voor zich uit.

‘Houdt u het dan maar op een misstap. Ik heb niet het gevoel iets strafbaars te hebben gedaan.’

De Cock reageerde verwonderd.

‘En u komt zich melden?’

Alex van Waardenburg speelde met het jagershoedje op zijn schoot. ‘Ik… eh, ik heb vernomen,’ sprak hij met gebogen hoofd, ‘dat Mareille van Luxwoude gewurgd… vermoord… in een auto is gevonden.’

De Cock keek hem scherp aan.

‘Van wie?’

‘Wat bedoelt u?’

‘Van wie hebt u dat vernomen?’

Alex van Waardenburg aarzelde.

‘Van Mister George… George Brisbane. Een paar uur geleden belde hij mij op. Hij vertelde mij wat er met Mareille was gebeurd en dat u het onderzoek leidde.’ Hij pauzeerde enige ogenblikken. ‘Ik… eh, ik maakte nog wel eens gebruik van… eh, van de bekoorlijkheden van Mareille. Uiteraard weet mijn vrouw hier niets van… ook mijn kinderen niet. Waarom… eh, waarom zou ik hen met die gedachte belasten?’ Hij verschoof iets op zijn stoel en leunde met zijn beide handen op de rand van De Cocks bureau. Vanuit zijn ooghoeken zag de grijze speurder dat Vledder een verraste beweging maakte. ‘Ik heb vrienden,’ ging Alex van Waardenburg verder, ‘die van mijn relatie met Mareille op de hoogte zijn.’

De Cock knikte begrijpend.

‘En die hebben u geadviseerd zich bij mij te melden.’ Alex van Waardenburg glimlachte.

‘Toen zij hoorden dat u het onderzoek in handen had, gaven ze mij weinig kans om mijn omgang met Mareille verborgen te houden.’ De Cock lachte gevleid.

‘En dat is alles?’

Alex van Waardenburg keek hem verbaasd aan.

‘Ik begrijp u niet?’

De Cock trok een grimas.

‘U maakte gebruik van de diensten van een call-girl,’ antwoordde hij gelaten. ‘Wel, u was ongetwijfeld niet de enige client van Escort Ltd.’ Hij boog zich iets naar de man toe. ‘Bent u,’ vroeg hij afgemeten, ‘direct… dan wel indirect… betrokken bij de wurgmoord op Mareille van Luxwoude?’

Alex van Waardenburg deinsde verschrikt terug.

‘Nee, nee, zeker niet,’ reageerde hij afwerend. ‘Ik heb met haar dood niets te maken. Maar nu u weet dat ik Mareille heb gekend, behoeft u geen navraag meer te doen. Begrijpt u… ik ben in den lande een min of meer bekende persoonlijkheid… met een onbevlekte reputatie… ik wilde graag dat het zo bleef.’ De Cock plukte aan zijn onderlip.

‘U… eh, u betaalde voor de bijzondere diensten die Mareille u verleende?’

‘Uiteraard.’

‘Aa n wie?’

‘Aan Mister George.’

‘Nooit aan Mareille zelf?’

‘Nee, altijd aan Mister George.’

‘Contant?’

Er gleed een grijns over het markante gezicht van Alex van Waardenburg. Zijn brede kin kwam iets omhoog.

‘Mister George Brisbane,’ sprak hij met enige ironie, ‘is een voorzichtig man, die onze Nederlandse belastingcollecteurs wat te nieuwsgierig en per se te inhalig vindt. Ik bracht mijn… eh, contributie eenmaal per maand in contanten en in persoon naar zijn flat in Amsterdam, aan de Brouwersgracht. Dat was Mister Brisbanes uitdrukkelijke wens.’

‘Waaraan u voldeed?’

‘Zeker.’

De Cock keek hem scherp onderzoekend aan.

‘En als u,’ formuleerde hij kalm en nadrukkelijk, ‘in gebreke bleef… een maand niet betaalde?’

Alex van Waardenburg keek naar hem op. In zijn koele grijze ogen lag een waakzame blik.

‘Ik heb er altijd voor gezorgd,’ antwoordde hij strak, ‘dat ik de betalingstermijnen nooit overschreed.’

‘Was u bang?’

‘Waarvoor?’

‘Dat Mister George Brisbane mogelijk wat loslippig zou worden… als u in gebreke bleef… heeft hij daar nooit mee gedreigd?’ Alex van Waardenburg schudde zijn hoofd.

‘Ik heb het nooit zover laten komen. En waarom ook? Mareille was een vrouw die mij de… eh, geneugten bezorgde, die ik wenste. Ik wilde vóór alles, dat onze relatie geen gevaar liep.’ De Cock knikte begrijpend.

‘Nu is ze dood.’

Zijn stem klonk somber. Verdrietig. Het was ook voor het eerst dat hij van binnen iets voelde. Een betrokkenheid. Alex van Waardenburg frommelde aan het jagershoedje op zijn schoot. Zijn grote handen beefden.

‘Dood,’ herhaalde hij toonloos.

De Cock keek hem vragend aan.

‘Enig idee wie voor haar dood verantwoordelijk is?’ Alex van Waardenburg knikte zonder op te zien.

‘Mister George… ze wilde van hem af.’

10

Met een ruk kwam Vledder uit zijn stoel overeind. Verbijsterd keek hij zijn oudere collega aan.

‘Je liet hem gaan,’ stamelde hij onthutst. ‘Je liet hem gaan.’ De Cock veinsde verbazing. ‘Wie?’

De jonge rechercheur strekte in een wild gebaar zijn rechterhand naar de deur van de recherchekamer.

‘Die Alex van Waardenburg.’

De grijze speurder maakte een verontschuldigend gebaartje. ‘Wat had ik dan moeten doen? Hem arresteren? Op basis waarvan?’‘Moord.’

De Cock trok zijn neus iets op.

‘Sinds wanneer hanteer jij een ander Wetboek van Strafvordering?’

Het klonk sarcastisch.

Vledder balde zijn linkerhand tot een vuist en hield die trillend omhoog.

‘Heb je dat dan niet gezien?’