Raad van Gezalfden – De hoogste raad van de Kinderen van het Licht, geleid door Pedron Nial.
Raad van Negen – Een raad van negen edellieden die wordt geacht de koning van Illian bij te staan, maar van oudsher met hem om de macht strijdt, waarbij de Vergadering eveneens betrokken wordt.
Rad des Tijds – De Tijd is een Rad met zeven spaken. Iedere spaak beslaat een Eeuw. Terwijl het Rad draait, komen en gaan de Eeuwen. Iedere Eeuw laat herinneringen achter die vervagen tot legenden, tot mythen die vergeten zijn als diezelfde Eeuw weerkeert. Het Patroon van de Eeuw is bij de komst van een Eeuw telkens sterk veranderd, maar bepaalt wel de Eeuw die was en nu weer is.
Ragan – Een Shienaraanse krijgsman.
Reiger – Dit teken kenmerkte een zwaard dat duizenden jaren geleden door de Aes Sedai werd gemaakt. De kennis om dergelijke zwaarden te maken is inmiddels verloren gegaan. De zwaarden die er nog zijn, worden gedragen door ware zwaardmeesters.
Reizen – Het reizen met behulp van de Portaalstenen.
Renna – Een Seanchaanse sul’dam. Zie ook: A’dam, Damane, Seanchan, Sul’dam.
Reuzenborstel – Een grote boomstruik waarvan de takken laag bij de grond uiteen waaieren in vele dikke vertakkingen.
Rhand – Zie ook: Altor, Rhand.
Rhian – Een Speervrouw van de Aiel in de stedding Tsofu.
Rhyagelle – In de Oude Spraak: Zij die thuiskomen, Thuiskomers. Een naam voor Seanchanen die van over de Arythische Oceaan terugkeren.
Rivierkoningin – De tweemaster waarop Egwene en Nynaeve met de Amyrlin Zetel naar Tar Valon varen.
Rode Ajah – Een Aes Sedai-orde. Ze richt al haar inspanningen op het vinden en stillen van mannen die de Kracht geleiden. De Roden weigeren een zwaardhand te binden en hebben in het algemeen weinig op met mannen.
Roodschilden – Eigenlijke naam: Aethan Dor. Een krijgsgenootschap van de Aiel. Zij treden op als wetshandhavers bij de Aiel.
Rook – Een van de wolven die jagen tussen Fal Dara en Cairhien.
Rug van de Wereld – Een steile bergketen, met slechts enkele bergpassen die de Aielwoestenij scheidt van de landen in het westen. De keten wordt ook wel de Drakenmuur genoemd.
Ryma – Een Aes Sedai van de Gele Ajah. De Seanchanen noemen haar Pura.
Sa’angreaal – Een uiterst zeldzaam voorwerp dat iemand in staat stelt veel meer van de Ene Kracht te geleiden. Een sa’angreaal heeft veel weg van een angreaal, maar is veel krachtiger. Beide zijn overblijfselen uit de Eeuw der Legenden, maar de kennis om ze te maken is verloren gegaan.
Saidar – De Kracht die vrouwen uit de Ware Bron kunnen putten.
Saidin – De Kracht die mannen uit de Ware Bron kunnen putten. Saidin is besmet door de Duistere, waardoor mannen die uit de Ware Bron putten, uiteindelijk krankzinnig worden en sterven.
Saidinwegen – De wegen zijn een geschenk van de laatste mannelijke Aes Sedai aan de Ogier. Het zijn verbindingen tussen verschillende plaatsen in de wereld, waardoor een reiziger veel sneller op zijn bestemming kan komen. Om de toegangspoorten te vinden en de wegwijzers te lezen, moet de reiziger beschikken over oude, bijna vergeten kennis. Slechts de Ogier en enkele Aes Sedai bezitten die kennis nog. De laatste driehonderd jaar zijn ook de saidinwegen besmet geraakt, zodat het gebruik ervan levensgevaarlijk kan zijn.
Sambajan – Hij heeft samen met de satajane de dagelijkse leiding in een burcht in de Grenslanden. In Fal Dara is dat Ronan, een oudgediende.
Sanche, Siuan – De dochter van een visser uit Tyr, en dat is nog dagelijks in haar woordkeus te horen. Toen bleek dat ze kon geleiden, werd ze op een schip naar Tar Valon gezet, want zo is de wet in Tyr. Siuan koos de Blauwe Ajah en werd in 988 NE gekozen tot Amyrlin Zetel.
Sandair, Asan – Een schrijver die de lijsten van een stadspoort in Cairhien bijhoudt.
Saren, Einor – De rechterhand van Jaichim Carridin, een kapiteinheer van de Hand van het Licht.
Satajane – Zij heeft samen met de sambajan de dagelijkse leiding in een burcht in de Grenslanden en houdt zich vooral bezig met huishoudelijke werkzaamheden. In Fal Dara is dat Elansu.
Schaduwdoder – De naam die de wolven geven aan de onbekende die Trolloks doodt nabij Cairhien.
Schaduwman – Zie ook: Myrddraal.
Schae’en M’taal – De eigenlijke naam van de Steenhonden, een krijgsgenootschap van de Aiel.
Schim – Zie ook: Myrddraal.
Schuimvlok – Het schip van schipper Baile Domon.
Seanchan – Het land van de Seanchanen, aan de overkant van de Arythische Oceaan.
Seanchanen – De afstammelingen van de soldaten die Artur Haviksvleugel over de Arythische Oceaan stuurde. Zij geloven dat elke geleidster van de Ene Kracht beteugeld moet worden om de andere mensen te beschermen en dat elke geleider moet worden gedood. Zie ook: Mondwin, Luthair Paendrag.
Seandar – De hoofdstad van Seanchan, waar de keizerin in de Hof van de Negen Manen op de Kristallen Troon zetelt.
Selene – Een ongelooflijk knappe vrouw die op weg is naar Cairhien en door een grolm in het nauw wordt gedreven.
Serafelle – Een Aes Sedai van de Bruine Ajah.
Seta – Een Seanchaanse sul’dam.
Shadar Logoth – In de Oude Spraak: De plaats waar de Schaduw waakt, Schaduwwaak. Lang geleden heette deze stad Aridhol en was hij een bondgenoot van Manetheren. Tijdens de Trollok-oorlogen nam het kwaad van Mashadar de stad in bezit. Sindsdien is het een verlaten en gemeden plaats, hoewel er onmetelijke schatten liggen. De schatten kunnen de bezitter zodanig binden dat hij geleidelijk overheerst wordt door het kwaad van Mashadar.
Shai’tan – Zie ook: Duistere.
Sharina – Een Aes Sedai van de Witte Ajah.
Shayol Ghul – Een indrukwekkende berg in de Verwoeste Landen, waaronder zich de kerker van de Duistere bevindt. Vele geruchten fluisteren over deze onheilsplek, maar slechts weinigen beschikken over kennis van de krochten en holen in deze berg. Zie ook: Thakan’dar.
Sheriam – Een Aes Sedai van de Blauwe Ajah, de Meesteres der Novices in de Witte Toren van Tar Valon.
Shienar – Een van de Grenslanden. Het wapen van Shienar toont een jagende zwarte havik. De hoofdstad van Shienar is Fal Moran.
Sidoro, Nieda – De herbergierster van Kalmeer de Das, een herberg in Illian.
Sieghan – De baas van een speelzaal in Cairhien.
Sjoefa – Een kledingstuk van de Aiel dat meestal zandof rotskleurig is. Deze doek wordt om hoofd en hals gewikkeld, waardoor alleen het gezicht zichtbaar blijft.
Smachten – In de Tijd van Waanzin verlieten de meeste Ogier hun stedding en zwierven rond door de wereld. Vanwege de ingrijpende veranderingen die de wereld had ondergaan, duurde het zeer lang voor zij de steddings terugvonden. Vele Ogier stierven uit verlangen naar de stedding. Dit hopeloze, dodelijke verlangen noemen zij Smachten. Het overkomt iedere Ogier die te lang buiten de stedding vertoeft. Zie ook: Ogier.
Speelman – Een rondreizende verteller, muzikant, jongleur en goochelaar, kortom, een veelzijdig kunstenaar. Een speelman is te herkennen aan zijn veelkleurige lapjesmantel. Hij treedt vooral op in de dorpen en kleinere stadjes, aangezien de grotere steden over ander vermaak beschikken. Afhankelijk van het publiek brengt hij zijn verhalen in de Hoge Zang, Lage Zang of Gewoon. Zie ook: Merrilin, Thom.