Выбрать главу

‘De renovatie van een huis vergt waarschijnlijk heel wat inspanningen.’

Van In was niet van plan geweest dat onderwerp ter sprake te brengen, maar de omstandigheden dwongen hem daartoe. Tine liet haar vader geen moment met rust. Ze probeerde voortdurend op te vallen. Doorbomen over het huis leek Van In de enige manier om de communicatie tussen hem en Vermast te herstellen.

‘Dat kan ik u verzekeren, commissaris. Voor we hier kwamen wonen, ben ik acht maanden dag en nacht in de weer geweest. Wat hier toen stond, leek meer op een stal dan op een boerderij.’

Vermast duwde zijn dochter van zich af en kwam aan tafel zitten. Leen dronk haar kopje leeg en liep met tegenzin naar het aanrecht. Ze haalde de keukenrobot uit de kast, scheurde een van de bruine zakken open en haalde er een bos wortelen uit. Tine klampte zich aan haar moeder vast als een zwarte weduwe aan haar partner.

‘Als u daarin geïnteresseerd bent, kan ik u een paar foto’s laten zien van hoe het hier vroeger was.’

Van In knikte niet al te enthousiast. Hij dreigde van de regen in de drop te komen.

‘Kom, laten we naar de salon gaan. Daar is het rustiger,’ stelde Vermast opgetogen voor. Dat beviel Van In beter. Hij hoopte vurig dat het meisje bij haar moeder bleef.

Ze waren pas in de salon, toen het geweld van de keukenrobot losbarstte. Vermast deed gelukkig de deur dicht, wat minstens veertig decibel scheelde. Hij verzocht Van In plaats te nemen op een rustieke bank, waarvan het overtrek, net als bij de rest van het meubilair het geval was, in een lamentabele staat verkeerde. De dochter mocht zich blijkbaar op alles afreageren.

Terwijl zijn gastheer in een semi-antieke linnenkast naar de foto’s zocht, taxeerde Van In de biotoop van de familie Vermast. Voor de wrakkige meubelen hadden ze bij een lepe antiquair waarschijnlijk een fortuin neergeteld. De kasten, die vol spleten en barsten zaten, zaten onder de loogvlekken. Een onhandige poging om dit euvel met dikke lagen boenwas te camoufleren was jammerlijk mislukt. Een willekeurige sinaasappelkist had op een veiling meer opgebracht dan dit meubilair. Het schrijnwerk was er zo mogelijk nog erger aan toe. In een onstuimige poging om het authentieke karakter van een echte boerderij te benaderen, had Vermast geprobeerd de vermolmde balken van de zoldering schoon te maken. Zonder de beschermende verflaag leken die nu op stukken verdroogde ontbijtkoek. Het mocht een wonder heten dat het huis overeind bleef staan. De toestand van de plankenvloer tartte elke verbeelding. Grillig gevormde gangen wezen op de onverdroten ijver van een kolonie houtwormen.

Hun spullen waren duidelijk afkomstig van diverse rommelmarkten. Namaaktinnen borden, een verroest smeedijzeren haardstel, een luchter in de vorm van een karrenwiel en diverse landbouwwerktuigen aan de muren moesten een bucolische sfeer creëren. Wat Van In echter het meest ergerde, was het onherkenbaar verminkte speelgoed dat overal rondslingerde. Een onmiskenbaar bewijs dat in dit huis alles was toegelaten.

‘Eindelijk,’ kreunde Vermast. Hij had ondertussen de helft van de linnenkast leeggehaald. ‘Hier zijn ze.’

Vermast kwam met een bestofte doos aandraven. Hij zette die tussen hen op de bank en nam het deksel af. De doos puilde uit van de foto’s, meestal onnozele familiekiekjes.

‘Deze zijn van vorig jaar.’ Vermast stopte hem een stapel onderbelichte polaroids toe. Van In bekeek ze aandachtig. Dat het om hetzelfde terrein ging, kon je zien aan de meidoornhaag en de kale iepen, die zich scherp aftekenden tegen een dreigende herfstlucht. Vermast had niet overdreven. Het oorspronkelijke bouwsel was niet meer dan een krot.

‘Ongelooflijk, mijnheer Vermast. U hebt hier bijna een mirakel verricht.’ Vermast glimlachte als een amateurwielrenner die net zijn eerste kermiskoers heeft gewonnen. Het compliment streelde zijn ijdelheid. Hij liep naar een ouderwetse buffetkast, waar hij achter een stapel oude tijdschriften een fles cognac bewaarde.

‘De schoonbroer van Leen is goed bevriend met de makelaar die ons dit koopje heeft gesignaleerd. Hij heeft eveneens voor alle vergunningen gezorgd.’

Van In trok zijn wenkbrauwen op.

‘Het huis wordt drie keer groter dan het is geweest,’ lachte Vermast samenzweerderig. ‘Dit is landbouwgrond, begrijpt u?’

Van In begreep het niet. Vermast wierp een steelse blik op de keukendeur, schonk stiekem twee glazen vol en borg de fles haastig weer op in de buffetkast.

‘Volgens de letter van de wet mogen we de bebouwde oppervlakte met niet meer dertig percent uitbreiden,’ zei Vermast gretig. Hij kieperde de cognac in één teug naar binnen.

‘Maar in dit gezelschap moet ik de wet niet toelichten. Nietwaar, commissaris?’

Van In proefde voorzichtig van zijn glas. Hij moest toegeven dat de cognac best meeviel.

‘Met het geld dat we op de aankoop van het huis hebben bespaard, kunnen we ons zo nu en dan een extraatje veroorloven. Vorige maand nog heb ik een partij Bourgondische tegels op de kop getikt. Niet goedkoop, maar prachtig voor in de woonkamer. Nog een cognacje?’

Van In dronk zijn glas leeg. Dat had hij na een gedwongen onthouding van drie maanden niet mogen doen. De sterke geestrijke drank brandde in zijn maag, maar dat vond hij geen voldoende reden om het aanbod af te slaan.

‘Eentje dan.’ Het was sterker dan hij.

Vermast sloop als een stoute schooljongen naar de buffetkast. Hij vulde de glazen opnieuw.

‘Die afstandsbediening voor het hek lijkt me anders ook een handig hebbeding,’ merkte Van In terloops op. In de keuken hield het geraas van de keukenrobot abrupt op. Leen moest liters wortelsap hebben geperst.

‘O nee, commissaris. Aan gadgets geef ik mijn geld niet uit. De afstandsbediening werd door de vorige eigenaar geïnstalleerd.’

‘Een moderne boer zeker?’

Vermast schudde het hoofd. Hij dronk haastig zijn glas leeg en keek Van In smekend aan. Die volgde noodgedwongen het voorbeeld van zijn gastheer. Vermast pakte vliegensvlug de glazen en zette ze ongewassen terug in de buffetkast.

‘Het huis was vroeger eigendom van een vzw.’ Nu de glazen weer veilig in de kast stonden, voelde Vermast zich weer op zijn gemak. ‘Leen is daar beter van op de hoogte. Ik weet alleen dat het iets met liefdadigheid te maken had.’

Op dat ogenblik stormde Tine de salon binnen. Ze hield een groot glas wortelsap in de hand. ‘Kijk wat mama voor me gemaakt heeft,’ schreeuwde ze triomfantelijk. Het meisje dook joelend de bank in en morste een derde van het wortelsap op Van Ins pasgewassen jeans.

‘Tine toch,’ zei Vermast mild berispend. Hij sprong op en gaf haar een symbolische tik. Het kreng barstte terstond uit in een hysterische huilbui, een geluid waar Leen prompt op reageerde.

‘Wat is er nu weer aan de hand?’

Vermast legde haar uit wat er gebeurd was. Hij wist hoe zijn vrouw zou reageren. Eerst troostte ze Tine en pas daarna ging ze een handdoek halen.

‘Maakt u zich maar niet ongerust, commissaris. Wortelsap laat nauwelijks vlekken na.’

Leen ging op haar knieën zitten en maakte ongegeneerd zijn broek droog. Onaangenaam was het niet. Terwijl ze in die houding zat, moest hij constateren dat ze geen bh droeg. Gelukkig was Hannelore niet in de buurt.

‘De vzw Eigen Hulp bekommert zich om het lot van mensen in nood. Ik geloof zelfs dat Benedict lid is van de raad van bestuur.’

‘Benedict?’

‘Benedict Vervoort, de makelaar van wie we het huis kochten.’

Leen werkte gestadig verder. Dat ze ook zijn kruis moest schoonmaken, deerde haar blijkbaar niet.

‘Ik meen me zelfs te herinneren dat hier vroeger jeugdbewegingen op kamp kwamen.’

Leen kweet zich met zoveel ijver van haar taak dat van In het moeilijk kreeg om zich te beheersen.

‘Weet u ook waarom de vzw de boerderij heeft verkocht?’