Emondsveld – Een dorpje in Tweewater, een uithoek in Andor waar Rhand, Mart, Perijn, Egwene en Nynaeve opgroeiden. Een centrum van schapenfokkerij en tobaksteelt.
Emry, Chesmal – Een Geldaanse Aes Sedai, eens van de Gele Ajah, die samen met Liandrins Zwarte zusters uit de Witte Toren is gevlucht. Een uiterst begaafd Heelster.
Ene Kracht – De kracht die geput wordt uit de Ware Bron. Slechts weinigen kunnen geleiden leren en degenen die deze gave is aangeboren, vormen een nog kleinere groep. Geboren geleiders zullen tussen hun tiende en twintigste beginnen te geleiden, vaak zonder te weten wat ze doen. Wie de gave niet leert beheersen, wacht een zekere dood. Sinds de Tijd van Waanzin kan geen enkele man geleiden zonder uiteindelijk krankzinnig te worden, waarna hij levend wegrot door een verderfelijke ziekte. Zie ook: Saidar, Saidin, Stillen, Vijf Krachten, Wilder.
Erfdochter – De titel van de erfgename van de troon van Andor. De oudste dochter van de koningin volgt haar moeder op. Als er geen dochter is, gaat de titel over op het naaste vrouwelijke familielid van de koningin.
Erim – Het stamhoofd van de Chareen Aiel.
Eronaile, Mierin – Een Aes Sedai die in de Eeuw der Legenden meende een nieuwe vorm van de Kracht ontdekt te hebben. Estanda – Een hoogvrouwe uit Tyr, die de neiging heeft langzaam maar volledig binnen te halen wat haar toekomt.
Estean – Een jonge heer uit Tyr, met belangstelling voor kaarten.
Faile – In de Oude Spraak: Valk. De aangenomen naam van Zarine Bashere, een jonge vrouw uit Saldea die de Hoorn van Valere zoekt. Ze wordt verliefd op Perijn en dat is wederkerig.
Fajin, Padan – In Tweewater zeer bekend als marskramer. Toen hij in Fal Dara gevangen werd genomen, bleek hij een Duistervriend van het ergste soort te zijn. Zijn verleden is nevelig en zijn toekomst duister.
Far Aldazar Din – Zie ook: Aielse krijgsgenootschappen.
Far Dareis Mai – Letterlijk: Maagden van de Speer, in de omgang: Speervrouwen. Een genootschap dat uitsluitend vrouwen opneemt. Speervrouwen mogen slechts huwen als ze het genootschap verlaten, ze mogen niet vechten als ze zwanger zijn. Elk kind dat uit een Speervrouwe geboren is, wordt aan een andere vrouw gegeven, zo, dat niemand weet wie de moeder van het kind is. Zie ook: Aielse krijgsgenootschappen.
Gaarden – De prachtige wouden die de Ogier tijdens hun Ballingschap aanlegden bij de steden die ze voor mensen bouwden. Ze werden aangelegd ter herinnering aan de steddings en als verblijfplaats voor de steenvoegers van de Ogier. De meeste gaarden zijn al lang geleden verdwenen, verwaarloosd, omgehakt of volgebouwd door de stedelingen. Zie ook: Smachten.
Gaidin – In de Oude Spraak: Broeder in de strijd. Een titel van Aes Sedai voor zwaardhanden.
Gai’shain – Aiels: Zij die in de strijd vrede gezworen zijn. Aiel die in de strijd gevangen worden genomen, zijn gezworen hun overwinnaar een jaar en een dag te dienen. Ze gaan in wit gekleed. Wijzen, smeden, kinderen onder de tien en zwangere vrouwen kunnen geen gai’shain worden.
Garren, Kollie – Een jongeman uit Tweewater.
Gaul – Een Steenhond van de Imransibbe van de Shaarad Aiel. Uitgezonden om te zoeken naar Hij die komt met de dageraad. Omdat Perijn hem heeft bevrijd in Remen, heeft hij een bloedschuld bij Perijn.
Gelb, Floran – Een voormalige dekknecht die reden heeft schipper Domon te ontlopen. In Tanchico denkt hij veel goud te verdienen.
Gele Ajah – Een Aes Sedai-orde die zich vooral met Heling bezighoudt.
Geleiden – Het aanwenden van de vijf stromen van de Ene Kracht.
Geloften, Drie – De geloften die een Aanvaarde aflegt als ze tot Aes Sedai wordt verheven: nooit onwaarheid te spreken, nooit met de Ene Kracht een dodelijk wapen te maken en de Ene Kracht alleen als wapen te gebruiken tegen dienaren van de Schaduw of ter verdediging van het eigen leven of dat van een zuster of zwaardhand. De eerste gelofte wordt naar de letter nagekomen, maar de Aes Sedai zijn uiterst bekwaam in het verzwijgen van feiten en in raadselachtige woorden. De laatste twee geloften worden gezien als algemeen bindend.
Gemalfin, Marillin – Een Zwarte Aes Sedai die vroeger tot de Bruine Ajah behoorde, maar samen met Liandrin uit Tar Valon is gevlucht. Ze is dol op katten.
Gewichten – De basis is 1 pond. 10 pond = 1 steen, 10 steen = 1 macht, 10 macht = 1 ton.
Golfdanser – Een klipper van de Atha’an Miere, het Zeevolk.
Goshien – Zie ook: Aielstammen.
Grenslanden – De landen die grenzen aan de Verwording: Saldea, Arafel, Kandor en Shienar.
Grijze Ajah – Een Aes Sedai-orde die bemiddelt en naar harmonie en overeenstemming zoekt.
Grijzel – Zie ook: Ziellozen.
Groene Ajah – Een orde van de Aes Sedai. De Groene Ajah wil pal staan in tijden van gevaar en houdt zich gereed voor Tarmon Gai’don. Tijdens de Trollok-oorlogen werd ze ook de Strijdende Ajah genoemd. De Groenen vinden dat een Aes Sedai meerdere zwaardhanden mag binden.
Grote Heer van het Duister – De naam waarmee Duistervrienden Shai’tan aanduiden, omdat zij het gebruik van zijn ware naam duis-terschennis vinden.
Grote Patroon – Het Rad des Tijds weeft de Patronen van de Eeuwen tot het Grote Patroon. Het Grote Patroon omvat het geheel van bestaan en werkelijkheid; verleden, heden en toekomst.
Grote Serpent – Een oeroude teken van tijd en eeuwigheid, nog van vóór de Eeuw der Legenden. Het heeft de vorm van een slang die in zijn eigen staart bijt. Aes Sedai dragen een ring in de vorm van het Grote Serpent.
Gyldin – Een dienster in een koopmanswoning in Tanchico.
Hama N’dore – Zie ook: Aielse krijgsgenootschappen.
Hammar – Een zwaardmeester die in de Toren leerlingen de zwaardkunst bijbrengt.
Han – Het stamhoofd van de Tomanelle Aiel.
Hand van het Licht – Zie ook: Ondervragers.
Hanou – Een muziekinstrument met zes, negen of twaalf snaren, dat op de knieën wordt gelegd en tokkelend wordt bespeeld.
Hart van de Steen – De ronde zaal in de Steen van Tyr waarin Callandor van oudsher tussen immense roodstenen zuilen op de Herrezen Draak wachtte. In deze zaal worden Heren van het Land verheven tot hoogheren.
Haviksvleugel, Artur – Artur Paendrag Tanreall. Ook: Hamer van het Licht. Legendarisch vorst, heerste van JV 943-994 en verenigde alle landen ten westen van de Rug van de Wereld en sommige voorbij de Aielwoestenij. Van de legers die hij over de Arythische Oceaan stuurde (JV 992), werd na zijn dood niets meer vernomen. Die dood veroorzaakte de Oorlog van de Honderd Jaren. Zijn blazoen toonde een gouden havik in de vlucht.
Heelhuis – Een huis bij Emondsveld waarin ernstig zieken werden behandeld.
Heim – Het hoofd van de Jindosibbe van de Taardad Aiel.
Herrezen Draak – Volgens de Voorspellingen van de Draak zal de Draak herrijzen in het uur van de hoogste nood. Men vreest zijn komst omdat de geschriften voorspellen dat de Herrezen Draak de wereld opnieuw zal breken.
Hij die komt met de dageraad – Naam van de Aiel voor hun voorspelde verlosser, van wie de Wijzen zeggen: ‘Hij is van ons bloed, gemengd met het oude bloed, opgevoed door een oeroud bloed, maar niet ons bloed.’