Выбрать главу

Will boog het hoofd. Hij voelde zijn wangen gloeien. Trek het je niet aan, dacht hij. Als je de speelman wilt spelen, dan moet je ook leren tegen kritiek te kunnen. Hij haalde een paar keer diep adem en kwam weer tot zichzelf. Orman keek belangstellend toe. Will besefte ineens dat de man hem expres beledigd had, dat hij wel eens wilde zien hoe hij daarop zou reageren.

‘Maar toch…’ ging Orman nu verder, alsof hij met tegenzin iets toe moest geven, ‘toch is dat instrument van je een bijzonder fraai exemplaar. Het is toch niet echt een Gilperon, zeker?’

‘Het is een mandola,’ begon Will zijn gebruikelijke riedel, ‘en heeft acht snaren…’ Maar verder kwam hij niet.

‘Ja, idioot, alsof ik niet weet wat een mandola is!’ onderbrak Orman hem ruw. ‘Ik vroeg je of het ding gemaakt is door Axel Gilperon, waarschijnlijk de beste instrumentmaker van het hele rijk! Je zou toch denken dat elke beroepsmusicus die naam kent, zelfs een van jouw kaliber!’

Oef, dat was een foutje, dacht Will. Hij probeerde de schade te beperken.

‘Het spijt me, heer. Ik verstond u verkeerd. Mijn instrument is gemaakt door een man in het zuiden, van wie men zegt dat hij graag de grootmeester kopieert. Natuurlijk zou een simpele boerenzanger als ik zich geen echter Gilperon kunnen veroorloven!’

Will lachte wat om zijn eigen kleinheid — maar Orman bleef hem wantrouwend aanstaren. Het was duidelijk dat hij hem niet helemaal vertrouwde. Het bleef even pijnlijk stil, totdat er op de deur geklopt werd.

‘Ja, wat?’ riep Orman boos en de deur ging net ver genoeg open om het hoofd van de secretaris binnen te laten. Hij keek zenuwachtig naar zijn baas.

‘Het spijt me, heer Orman,’ zei hij, ‘Maar de edele vrouwe Gwendolyn van Amarle is gearriveerd, en ze staat erop u meteen te spreken.’

Orman keek nog bozer. ‘Kun je niet zien dat ik bezig ben?’

Xander deed de deur een fractie verder open, en gebaarde naar het vertrek achter hem. ‘Maar ze is al hier, heer!’ zei hij zachtjes zodat ze het niet kon horen.

Orman maakte een minder net gebaar toen hij doorkreeg dat de adellijke dame al voor zijn deur stond. ‘Nou, laat haar dan maar binnen,’ mopperde hij. Hij keek even naar Will, die aanstalten maakte om te vertrekken. ‘En jij wacht hier. Ik ben nog niet klaar met je.’

Xander knikte dankbaar en trok zich terug uit de deuropening. Een paar tellen later duwde hij de deur wagenwijd op en schreed naar binnen. Daarna ging hij naast de deur staan en kondigde de nieuwkomer plechtig aan.

‘Heer Orman, mag ik u aankondigen: vrouwe Gwendolyn van Amarle.’ Hij boog diep terwijl de dame de kamer binnenliep. Ze was blond, lang en bijzonder knap, en ze droeg een prachtige zeegroene jurk van zuiver zijde. Haar houding straalde een en al adellijke afkomst en opvoeding uit.

Will schreeuwde het bijna uit van verbazing. Hij kende die vrouwe Gwendolyn… maar dan als Alyss.

HOOFDSTUK 21

Alyss schreed door de kamer op de kasteelheer in zijn grijze toga af, zonder Will een blik waardig te tonen.

‘Heer Orman!’ koerde ze, ‘wat ben ik u dankbaar dat u me de komende weken gastvrijheid wilt schenken!’

Ze stak haar hand naar hem uit, met de palm naar beneden. Orman kon niet anders dan zich met tegenzin buigen om er een vluchtige handkus op te drukken — waarmee meteen duidelijk gemaakt was wie hier de hoogste in rang was.

‘Weken, mevrouw? Maar ik dacht dat het om enkele dagen ging, een week hooguit?!’

‘Welnee!’ Alyss trok een verstoord gezicht over zoveel dommigheid. ‘De wegen naar het kasteel van mijn verloofde gaan schuil onder een dikke laag sneeuw en ijs, en bovendien zijn er, naar ik hoorde, wolven en beren in uw land! Ik kan echt niet verder reizen voordat de sneeuw gesmolten is — hoe gaarne ik mij ook morgen al bij mijn geliefde Farrel zou voegen! Foei, heer Orman, u misgunt mij toch zeker niet de gastvrijheid die mij door mijnheer uw vader beloofd is?’

Orman kon geen kant meer op. Interessant, dacht Will, hoe de pikorde onder de adel werkte. Een ongemanierde zuurpruim was Orman nog steeds, misschien wel een moordenaar, maar tegen Alyss’ vermeend hogere rang had hij niets in te brengen.

‘Natuurlijk niet, vrouwe Gwendolyn,’ zei hij, ‘ik vroeg het alleen maar, verder niet hoor!’

Maar Gwendolyn schonk hem al geen aandacht meer en keek naar Will alsof zij een onaangenaam insect zag.

‘En wat hebben we hier dan?’ vroeg zij met opgetrokken wenkbrauw.

‘Ach, een potsenmaker, mevrouw, die hier kort geleden is komen binnenwaaien.’

‘En heeft dat potsenmakertje ook een naam?’ vroeg zij, Will strak aankijkend.

Een gewone sterveling werd natuurlijk niet geacht om zelf het woord te richten tot een adellijke dame als Gwendolyn. Will was onder de indruk van het gemak waarmee Alyss haar rol leek te spelen.

‘Will Barton noemt hij zichzelf, vrouwe,’ antwoordde Orman. Doordat zij hem dwong Will aan haar voor te stellen, had zij eens temeer benadrukt dat zij in alles zijn meerdere was.

Will maakte een diepe buiging. ‘Tot uw dienst, mevrouw,’ zei hij beleefd.

Alyss keek hem vorsend aan, met één hand ondersteunde zij haar elleboog terwijl haar lange elegante vingers nadenkend over haar wangen gleden. ‘En, kun je er wat van, Will Barton?’

Will keek zijdelings naar Orman. ‘Ach, ik ben slechts een simpele speelman, mevrouw.’

Orman schudde misprijzend het hoofd. ‘Boerse liedjes en meezingers, dan heb je het wel gehad, vrees ik. Iets serieus staat niet op het programma.’

‘Het volkse repertoire, hè?’ zei Alyss en lachte kort en hoog. ‘Wat enig! Wel, speelmannetje, kom dan over een uur maar eens naar mijn vertrekken. Misschien dat een paar van uw deuntjes mij kunnen helpen vergeten dat ik helaas hier moet wachten, ver weg van mijn geliefde.’ Even keek ze Orman aan. ‘Als u daar geen bezwaar tegen heeft, mijn beste Orman?’

‘Natuurlijk niet, mevrouw,’ moest de kasteelheer met tegenzin toegeven. ‘Al onze faciliteiten staan te uwer beschikking uiteraard.’

Zo, dat kon Will in zijn zak steken. Hij was een faciliteit! Gelukkig kon hij zijn gezicht in de plooi houden, zodat Orman hem niet doorzag. Alle aandacht van de kasteelheer werd opgeeist door Alyss, die gewoon doorging met haar imitatie van een bazige edelvrouwe.

‘Wel, dan zal het ook geen probleem zijn om je keuken te vragen om mij een lichte maaltijd te brengen, in diezelfde vertrekken, Orman,’ concludeerde zij. ‘Ik ben moe en hongerig na een lange reis door dat vermaledijde land van u. U kunt me dan morgen wel aan uw hofhouding voorstellen; vandaag wil ik liever eerst wat tot rust komen.’

Nu was het Ormans beurt om diep te buigen. ‘Zoals u wenst, mevrouw,’ zei hij. Hij kon ook weinig anders, dacht Will.

‘Maar voordat ik me terugtrek wil ik toch graag een of twee zaken met u bespreken, Orman…’ zei Alyss veelbetekenend, met haar ogen op Will gericht.

Orman begreep haar aanwijzing onmiddellijk. Hij wees Will de deur en zei: ‘Scheer je weg, speelman, wij zullen onze conversatie op een later tijdstip hervatten.’

Will maakte een diepe buiging. ‘Vrouwe Gwendolyn, heer,’ zei hij terwijl hij achteruit naar de deur liep. Maar ze letten al niet meer op hem, want Orman bood op dat moment Gwendolyn een stoel aan.

‘Niet vergeten hoor, speelkereltje!’ riep de dame nog, terwijl Will de deur opende. ‘Over een uurtje in mijn kamer! Misschien ben ik dan nog niet klaar en misschien moet je even wachten, maar zorg dat je er bent!’

Will maakte een laatste diepe buiging. ‘Tot uw dienst, vrouwe!’

Terwijl hij door de deur naar buiten liep hoorde hij Alyss geinteresseerd aan Orman vragen: ‘En vertel me nu eens, Orman, wat is dat wat ik hoor van je vader? Wat mankeert hem toch? Is er iets wat ik kan doen?’

Xander duwde de zware deur achter hem dicht voordat Will het antwoord kon horen.