Выбрать главу

Nog altijd zonder te spreken liet ze haar blikken over de hemel en de donkere maan boven haar schouder dwalen, toen zag ze weer naar haar gehoor.

Toen zei ze heel kalm, maar toch bars: ‘Wat weet wie ook van ons werkelijk van hoe het daarbuiten is? Veel minder dan iemand die vanaf zijn geboorte is opgesloten in een cel onder de stad zou weten van de miljoenen in Calcutta of Hong Kong of Moskou of New York. Ik weet dat sommige van jullie denken dat meer ontwikkelde rassen ons zullen liefhebben en beschermen, maar ik meet de houding van meer ontwikkelde rassen ten opzichte van de mens naar het gedrag van de mens ten opzichte van de mier. Op die basis kan ik jullie dit zeggen: daar buiten zijn duivels. Duivels.’ Er klonk een laag, knarsend geluid als van een stalen uurwerk dat wordt opgewonden. Miauw verstijfde in de armen van Margo, en haar haren gingen overeind staan. Ragnarok gromde.

Rama Joan ging verder: ‘Daar ver weg tussen de sterren zijn misschien Hindoes die geen koe kunnen doden en misschien zelfs Jainisten die alles waarop ze gaan zitten schoonvegen uit angst dat ze een mier verpletteren, en die gaas voor hun lippen dragen om te zorgen dat ze geen mug inslikken, maar zulke volken zijn hoogstens een zeldzame uitzondering. De rest spant zich niet in voor muggen. Voor ons zullen ‘t duivels zijn.’

Paul werd overspoeld door een griezelige gewaarwording. Alles rondom hem scheen veel te werkelijk te zijn, en toch op het punt te staan te vervagen. Hij keek naar de maan en de sterren om steun te zoeken, zei tegen zichzelf dat de hemel het enige was dat de hele geschiedenis door nimmer was veranderd, maar toen zei een demon diep in zijn geest: ‘Maar wat gebeurt er als de sterren gaan bewegen? Ze hebben bewogen, in de foto’s.’

* * *

Sally Harris leidde Jake Lesher over het versleten houten platform naar de vijfde en laatste wagen van de Rakettrein. De enige andere passagiers op deze laatste trip waren een tamelijk schuchter uitziend paar uit Puerto Rico, dat in de eerste wagen zat en de veiligheidsleuning al met vier handen vastgreep.

‘Mijn God, Sal, al dat wachten dat ik maar moet doorstaan,’ zei Jake. ‘En de zijspoortjes die je ons telkens laat volgen, alleen voor jouw plezier. Dat dakhuis van Hasseltine —’

‘Ssjt, dit is geen zijspoor, minnaar mijn,’ fluisterde ze terwijl de spullenbaas langs kwam voor een laatste controle. ‘Luister nu goed: zodra we beginnen te klimmen moet je ongeveer een halve meter naar voren glijden en de leuning van die stoel uit alle macht beetgrijpen, met je linkerhand, want met je andere arm ga je mij vasthouden.’

‘Maar dat is de arm die niet aan jouw kant zit, Sal.’ ‘Nu wel,’ zei ze, en raakte hem vertrouwelijk aan.

Hij gaapte haar aan, grijnsde toen ongelovig.

‘Gewoon je instructies opvolgen,’ zei ze hem. Krakend en klikkend begon de trein aan zijn steile klim. Tien meter voor het hoogste punt ging ze rechtop staan, zwaaide haar been met een mooie boog over en zat schrijlings op zijn middel. Een hand greep hem bij zijn nek, de andere maakte snel enige zaken passend.

‘Jezus, Sal,’ hijgde hij, ‘ik wed dat we de aarde doen bewegen zoals in For Whom the Belclass="underline"

‘De aarde, welnee man!’ grijnsde ze met ontblote tanden en een gezicht als een Walkure, toen de trein op het punt stond af te dalen en de sleepkabel losging. ‘Ik zal de sterren bewegen!’

* * *

Rama Joan zei: ‘O, de stermensen zouden voor ons ijselijk mooi zijn, stel ik me voor, en even fascinerend als de jager voor een wild dier is, waarop nog niet is geschoten. Ik vind het ontzettend interessant om over ze na te denken — maar voor ons zouden ze toch even wreed en gereserveerd zijn als negenennegentig procent van onze eigen goden. En wat zijn de goden van een mens behalve zijn voorstellingen van een meer ontwikkeld ras? Denk aan de getuigenis van tienduizend jaren, als je de mijne niet wilt aannemen, en je zult je realiseren dat daar ver weg… daar boven… duivels zijn.’

Ragnarok gromde opnieuw. Miauw drukte zich tegen Margo’s schouder aan en sloeg haar nagels in.

Kleine Man zei: ‘Het einde van de verduistering.’

Doc zei: ‘Rama Joan, je verbaast me.’

Margo zei: ‘Miauw het is in orde, kalm.’

Paul keek op en zag de oostelijke rand van de maan lichter worden, en het was als een kwijtschelding van gevangenisstraf. Plotseling wist hij dat zijn onbegrijpelijke angsten zouden verdwijnen als de eclips voorbij was.

Zes maandiameters ten oosten van de maan draaide een groep sterren rond in kleine, krullende banen, als spookachtig wit vuurwerk dat uit elkaar spatte… en toen uitdoofde.

* * *

Vanaf zijn eenzame plateau zag Asa Holcomb de sterren in de buurt van de maan schudden, alsof er een fanfare door de kosmos blies. Toen opende er daar in de hemelen een grootse gouden en paarse poort, vier maal zo groot als de maan: de duisternis werd verdrongen; en Asa stak er gretig zijn handen naar uit, en zijn hart zwol op door het wonderlijke en majesteitelijke schouwspel, en zijn aorta scheurde geheel open, en Asa stierf.

* * *

Sally Harris zag de sterren dansen op het moment dat zij en Jake, die kortstondig elk vijftien kilo van hun gewicht verloren, aan de zesde top van de Tientrapsraket op Coney Island begonnen. In de blinde, zelfzuchtige wereld van de seksuele bevrediging die precies op de grens van de bewuste en de onderbewuste gebieden van de geest ligt, wist zij dat de sterren een onderdeel van haarzelf waren, en daarom schaterde ze alleen: ‘ ’t Is me gelukt, Christus! Ik zei dat ik het zou doen en ‘t is me gelukt!’

En zelfs toen ze bovenop de volgende top na een verstikkende, bonzende duik naar het nadir en weer omhoog, de dansende sterren vervangen zag door een gele en paarse schijf die twintig maal zo groot was als de maan en helder genoeg om de streepjes in het pak van Jake te kunnen zien toen hij zijn gezicht tussen haar borsten drukte, leunde ze achterover als een Walkure, met de veiligheidsleuning koud tegen haar romp, en schreeuwde triomfantelijk naar de hemeclass="underline" ‘Jezus, een toegift!’

* * *

High Bundy zei: ‘O mensen wat een kick! Luister, Pepe, daar heb je die gekke ouwe Chinees aan de andere kant van de wereld, groter dan King Kong, die zijn benen omhoog gooit, en hij schildert gouden platen met grenadine zodat ze er uitzien als twee regendruppels die elkaar naaien, en hij smijt ze naar de maan terwijl hij ze afmaakt, en een ervan blijft daar hangen.

‘Tsjilp tsjilp,’ koerde Pepe. ‘Heel New York wordt er door verlicht. Zilverbliksem.’

‘Ik zie ‘t ook,’ zei Arab die achter hun aan dreef. ‘Man wat een goeie pot.’

* * *

Knolls Kettering III, zijn oog vastgekleefd aan het oculair in het duister van Palm Beach, zei een beetje plechtig: ‘Het zelfstandig naamwoord “planeet”, Miss Katz, is afgeleid van het Griekse werkwoord planasthai, zwerven. Oorspronkelijk betekende het eenvoudig “Zwerver”: een lichaam dat her en der tussen de vaste sterren zwerft.’ Zijn stem werd strak. ‘Hé zeg, de maan wordt lichter, en niet alleen aan de kant die uit de eclips treedt. Ja, het is echt zo. En er zijn kleuren.’

Een hand daalde beschermend op zijn schouder neer, en zo ongeveer het kleinste stemmetje dat hij ooit had gehoord — het was alsof Barbara Katz in een sprinkhaan was veranderd — zei: ‘Paps, blijf alsjeblieft naar het oculair kijken. Je moet je voorbereiden op een flinke schok.’

‘Een schok? Wat is er, Miss Katz?’ vroeg hij nerveus, maar volgde haar instructies op.