‘Mr. Brecht kan de nieuwe planeet niet pakken, Mammie.’ ‘Nee, liefje, maar wel met zijn gedachten.’
Het zuurstof-heliummengsel uit de tank die Don Merriam had opengedraaid vulde geleidelijk de cabine van de Baba Yaga. De druk sloot het binnenste sluisluik af en opende twee deurtjes in Dons helm. In de cabine begonnen kleine ventilatoren te draaien, zodat de nieuwe lucht in beweging bleef ondanks dat het schip zich in vrije val bevond. Het perste Dons helm binnen, verving de onbruikbaar geworden lucht daarin. Zijn gezicht begon te trekken en hij huiverde even. Zijn adem werd sterker en hij viel in een diepe, gezonde slaap.
De Baba Yaga bereikte de top van zijn baan, balanceerde daar, begon toen terug te vallen naar de maan. Terwijl hij viel draaide hij langzaam. Elke dertig seconden of zo keek zijn kijkscherm naar de maan, en vijftien seconden later naar de aarde. Terwijl het schip om en om draaide begon het stoffige ruimtepak met Don erin over de vloer te rollen, heel langzaam.
Kleine Man riep naar Paul in de voorhoede: ‘Ik twijfel niet aan uw waarheidslievendheid, Mr. Hagbolt, maar de poort van Vandenberg Twee schijnt een heel eind verder te liggen dan u ons deed geloven. Kalm, Ragnarok!’
‘ ’t Is vlak voor het knipperende rode licht,’ vertelde Paul hem, terwijl hij stiekem wenste dat hij daar even zeker van was als hij zijn stem probeerde te laten klinken. Hij voegde er aan toe: ‘Ik moet toegeven dat ik de afstand van het licht heb onderschat.’
‘Maak je geen zorgen, Doddsy, Paul brengt ons er wel heen,’ kondigde Doc vrolijk aan.
Zij drieën bereidden zich voor om Hunter, Stastok en een van de twee andere mannen aan de drie hoeken van de draagbaar met de dikke vrouw te vervangen.
‘Hoe voel je je, Wanda?’ vroeg de magere vrouw, die bij de baar in het zand knielde. ‘Je kunt nog een digitalis krijgen, als je wilt.’
‘Een beetje beter,’ mompelde de dikke vrouw. Ze knipperde met haar oogleden. Ze keek naar de Zwerver. ‘O mijn God,’ kreunde ze en wendde haar hoofd af.
De vreemde bol, die onverbiddelijk roteerde, bood een nieuwe aanblik. Het restant van de dinosaurus, of pinguïn, vormde een reusachtige gele C langs de linkerrand van de planeet, terwijl de opgevulde gele D naar het midden was gedraaid, zodat het het effect gaf van een D in een C. Kleine Man maakte een nieuwe schets, en noemde hem eenvoudig ‘Twee uur’.
Ann zei: ‘Ik vind dat de C een stromandje op zijn zij is, en de D is een stuk taart met citroenglazuur. En de maan is een honingmeloen!’
‘Ik weet wie er honger heeft,’ zei haar moeder.
‘Of je kan de D zien als het oog van een enorme paarse naald,’ merkte Ann snel op.
De Gouden Slang slingert zich rond het Gebroken Ei, dacht Stastok. De Chaos wordt uitgebroed.
De maan en haar schaduw hadden zich over de gehele planeet voortbewogen. Het veroorzaakte een gevoel van opluchting toen er een splinter nachtelijke hemel tussen de twee bollen verscheen.
De man aan de vierde hoek van de baar, een zwaarwichtige lasser met de naam Ignace Wojtowicz, zei, misschien alleen maar om de rustperiode uit te rekken: ‘Er is een ding dat ik helemaal niet snap. Als dat daar een echte planeet is, even groot als de aarde, hoe komt het dan dat we zijn aantrekkingskracht niet aan ons voelen trekken — we zouden er toch minstens lichter van moeten worden, niet?’
‘Om dezelfde reden dat we de aantrekkingskracht van de maan en de zon niet voelen,’ antwoordde Hunter vlug. ‘Bovendien, ook al weten we dan de maat van de nieuwe planeet, we hebben geen idee van zijn massa. Natuurlijk moet er, als hij uit de ultraruimte is gekomen, een moment zijn geweest dat zijn zwaartekracht voor ons niet bestond, en toen een moment dat die wel bestond — ik neem aan dat het front van een nieuw ontstaan zwaartekrachtveld zich met de snelheid van het licht voortplant — maar kennelijk waren er geen overgangseffecten.’
‘Die hebben we tenminste niet opgemerkt,’ amendeerde Doc. ‘Tussen haakjes, Ross, waarom twijfel je opeens aan mijn ultraruimte-theorie? Waar anders kan dat ding vandaan zijn gekomen?’
‘Het zou het zonnestelsel gecamoufleerd kunnen zijn binnengekomen, of op de een of andere manier verduisterd. We horen alle onwaarschijnlijkheden te overwegen. Dat is jouw eigen filosofie, Rudy.’
‘Hmmf,’ gaf Doc als commentaar. ‘Nee, ik geloof dat wat Paul ons heeft verteld over draaiingsvelden in sterrenfoto’s de balans doet doorslaan naar Brechts Hypothese van de Ultraruimte. En volgens jouw theorie zou zijn aantrekkingskracht dan ook afgeschermd hebben moeten zijn, lijkt mij. Overigens geloof ik dat we al iets over de massa van de planeet kunnen deduceren. Het is nu zeven over een, plaatselijke tijd,’ zei hij met een blik op zijn pols. ‘Ongeveer twee uur sinds de planeet verscheen.’
‘Twee uur en vijf minuten,’ deelde Kleine Man mee.
‘Je bent een juweel, Doddsy. Laat iedereen dat twee over elf in zijn geheugen etsen — op een goede dag vragen je kleinkinderen misschien naar de juiste tijd dat je Mr. Monster uit de ultraruimte zag ploppen. In ieder geval moet de maan om één uur voorbij zijn hoogste punt in de hemel zijn, een uur voordat ze ondergaat. Ik schat dat ze beslist oostelijk van dat punt zit, nog in de buurt van het hoogste punt. Ongeveer drie of vier graden oostelijk, zou ik zeggen, zes of acht maandiameters. Dat zou betekenen dat de gravitatiekracht van de nieuwe planeet de maan in haar baan heeft versneld. Ergo, de nieuwkomer is geen lichtgewicht.’
‘Wauw,’ zei Wojtowicz waarderend. ‘Hoe groot is die versnelling precies, Doc, als je je voorstelt dat de maan een raket is?’
‘Wel, tussen zesvijfde van een kilometer per seconde en…’ Doc aarzelde, toen zei hij, alsof hij zijn eigen getallen niet geloofde: ‘en zeven of meer kilometer per seconde.’
Hij en Hunter keken elkaar aan. ‘Wauw,’ herhaalde Wojtowicz. ‘Maar ik neem aan, Doc, dat de maan in haar oude baan blijft, alleen veel harder gaat. Misschien een maand per week, hé?’ De zwarte ruimte tussen maan en planeet was iets breder geworden tijdens het gesprek.
‘Ik geloof dat we beter wat kunnen opschieten,’ zei Doc op een vreemd afwezige toon, terwijl hij zich naar zijn hoek van de draagbaar bukte.
‘Juist,’ stemde Hunter abrupt in.
Grote rotatiepompen kwamen tot leven en pompten water naar de bakboordzijde van de Prince Charles om te compenseren voor het gewicht van de passagiers en bemanningsleden die aan de stuurboordreling stonden en zich bij de patrijspoorten aan stuurboord verdrongen om de Zwerver en de maan in de Atlantische Oceaan te zien ondergaan, terwijl achter hun de dageraad onopgemerkt de hemel bleekte. De dikte van de aardse atmosfeer had het paars van de planeet in rood en zijn geel in oranje veranderd. Zijn zog over de kalme zee was spectaculair.
De marconist van het atoomschip meldde aan Kapitein Sithwise dat de ether was vervuld van een zeer ongebruikelijke en groeiende hoeveelheid storingen.
Don Guillermo Walker speelde het klaar zijn vliegtuig op het zuidelijke eind van het Nicaragua-meer te landen, bij de monding van de San Juanrivier, ondanks het gebroken linker-rolroer en het half dozijn gaten dat door brokken roodgloeiend puimsteen in de vleugels was geslagen of gebrand. Wat gaf het, het grote rotsblok had hem gemist!
De vulkaan op Ometepe kreeg nu gezelschap van zijn tweelingpiek, Madera, en gezamenlijk stuurden ze rossige pilaren hemelwaarts, bijna negentig kilometer naar het noordwesten. En nu werden al zijn verwachtingen van deze krankzinnige première-avond overtroffen. Nauwelijks een kilometer van hem vandaan zag hij de twee rode lichten aanflitsen die de gebroeders Araiza hem hadden beloofd als gids naar de plaats van de sloep. Caramba, qué fidelidad! Nooit zou hij meer een Zuid-Amerikaan beschuldigen van trouweloosheid of frivoliteit.