Er was niets om naar te kijken, behalve het rooster van een ventilator achter het hoofd van Kolonel Mab.
De generaal zei — en zijn stem klonk vreemd nors en veraf — ‘Ik begrijp niet waarom met deze luchtdruk de lucht niet verdwijnt door dit — ‘hij wees naar de ventilator — ‘en dan, fini. Moet verstopt zijn — misschien is een of andere anti fall-out klep dichtgeslagen.’
Kolonel Mab schudde het hoofd. Ze lag op haar rug. ‘Het is eerst niet makkelijk te zien,’ zei ze zacht, ‘maar de ventilatorschacht zit vol water. Het puilt een heel klein beetje uit in de vierkantjes in de ventilator, zoals kleine zwarte kussentjes of grote zwarte vingertoppen. De druk van het water van boven en die van beneden zijn met elkaar in evenwicht — voorlopig, in ieder geval, en zo lang als de gaten in het rooster niet verstoord worden.’
‘Je verbeeldt het je maar,’ vertelde de generaal haar. ‘Dat is je slechte kennis van de hydrostatica. De druk op het water onder ons moet wel groter zijn. En dan zou het de lucht voor zich uit moeten persen.’
‘Misschien is de liftkoker nog niet helemaal vol,’ antwoordde Kolonel Mab schouderophalend. ‘Maar ik verbeeld me niets.’
Ze reikte omhoog en porde met een vinger door het dichtstbijzijnde gat in het rooster, trok hem toen snel weg toen een stroom water ter dikte van een sigaar recht omlaag spoot en met veel geraas in het stille water onder hun plonsde, een effect als van een olifant die zich van vloeistof ontdoet.
De generaal greep haar bij haar schouder. ‘Jij verdomde stomme teef,’ snauwde hij. Toen keek hij haar in het gezicht en stak zijn vingers achter haar boord, en trok het omlaag. ‘Ja,’ zei hij bars, en knikte eenmaal. ‘Of je het leuk vindt of niet.’
Hij aarzelde, zei toen verontschuldigend maar heel koppig. ‘We kunnen nergens anders heen ontsnappen, is het niet, behalve in elkaar.’
Ze grijnsde met ontblote tanden. ‘Laten we dit goed aanpakken, jij grote bastaard van een officier.’ Ze kneep haar ogen iets dicht. ‘We zijn er geweest,’ zei ze bedachtzaam, ‘maar als we het zo kunnen regelen dat we klaarkomen op het moment dat we verzuipen… We moeten wachten tot het water boven ons komt. Het moet niet te snel gaan…’
‘Herejezus, je bent een genie, Mab!’ zei de generaal luid, en grijnsde op haar neer als een vierkant doodshoofd.
Ze fronste. ‘Dat is nog niet alles,’ zei ze juist luid genoeg om door hem verstaan te worden boven het kletteren van de waterspuiten — er waren er nu drie. ‘Er is nog iets anders. Maar dit is voldoende om te beginnen, en de rest herinner ik me wel als we bezig zijn.’
Ze knoopte haar drijfnatte jas en overhemd los en haakte haar beha los. De zaklamp op zijn borst scheen op haar borsten. Hij ging haar binnen, en ze zetten zich aan het werk. ‘Ga nu langzaam, ouwe klootzak,’ zei ze tegen hem.
Toen hij haar tegen zich aanklemde drukte de lamp een roodachtig vierkant in haar romp dat haar borsten zwak deed gloeien.
Toen het water een paar centimeter onder de bovenkant van de kast stond hielden ze een pauze.
‘Als ratten in de val,’ vertelde ze hem vergenoegd.
‘Je hebt een lekkere staart, Mevrouw Rat,’ zei hij tot haar. ‘Ik heb altijd gedacht dat je lesbisch was.’
‘Ben ik ook,’ zei ze. ‘Maar dat is niet alles wat ik ben.’ Hij zei: ‘Over die zwarte tijger die we dachten te zien —’
‘Die hebben we echt gezien,’ zei ze. Toen verscheen er een glimlach op haar gelaat. ‘De wurgdood is een zeer kalme dood,’ zei ze. Zij peddelde met haar hand in het water, alsof ze op haar rug in een kano lag. ‘Dat komt uit De Gravin van Malfi, Generaal. Graaf Ferdinand. Prettig, vind je niet?’ Toen hij nadenkend fronste zei ze, nog steeds rustig glimlachend: ‘Ik heb op verschillende plaatsen gelezen dat een opgehangen man altijd klaarkomt — en wurgen lijkt op ophangen. Ik weet niet of het ook voor vrouwen geldt, maar dat zal wel, en mijn sekse moet altijd het risico lopen. Als het ons lukt alle drie dingen tegelijk te laten gebeuren…
Vind je het leuk om een vrouw te vermoorden, Generaal? Ik ben lesbisch, Generaal, en ik heb met meisjes geslapen die jij nooit hebt gekregen. Herinner je je dat meisje met die rode haren in Statistiek dat een tic in haar linkeroog placht te krijgen als jij tegen haar blafte?’
Op dat moment welde het water over de rand van de kast, en de ventilator scheurde uit de muur, en er begon een geweldig anorganisch gesnik toen afwisselend een straal water uit het gat schoot en een bel lucht erin ontsnapte. De kast schudde.
De Generaal en Kolonel Mab gingen weer aan het werk.
‘Ik zal niet meteen beginnen met hard knijpen, jij verdomde meiden-onterende teef,’ schreeuwde hij in haar oor. ‘Ik zal eraan denken dat jij de vrouw bent.’
‘Denk je dat?’ schreeuwde ze terug, en haar wurgershanden met de lange vingers, de sterke vingers kwamen tussen zijn armen omhoog en sloten rond zijn nek.
24
Paul Hagbolts gewrichten en spieren begonnen pijn te doen vanwege zijn zeesterren-houding, ondanks zijn gewichtsloosheid. Hij dacht er een paar bescheiden klachten over, zonder resultaat.
Na zijn eerste angst voor Tigerishka te hebben overwonnen had hij zijn klachten uitgesproken en ook een hoop vragen gesteld. Maar ze had gezegd: ‘Apengesnater,’ en een droge fluwelen poot over zijn lippen gehaald, en zijn keel en gezicht onder de neus waren verlamd — op de een of andere manier had ze een onzichtbare knevel aangelegd.
Zijn pijn zorgde tenminste dat hij niet aan zijn vernedering dacht. Hij was nu naakt. Nadat ze had uitgevonden dat de primitieve geest in de schotel van Paul was en niet van Miauw, had Tigerishka opnieuw met minachtende snelheid zijn gedachten doorgebladerd. Toen had ze zijn natte kleren nog gezwinder af gestroopt. Als dat nodig was had ze de keten om zijn pols of enkel even losgemaakt om haar taak te vergemakkelijken. Vervolgens had ze hem aan een gevoelloze anatomische inspectie onderworpen, even koelbloedig alsof hij een lijk was. Tenslotte — dit was de grootste vernedering, de pluim op de vorige — had ze aan zijn kruis een tweetal sanitaire toestanden bevestigd.
Hieruit liepen slangen naar hetzelfde zilvergrijze paneel waarin zij door een kortstondig geopende deur zijn natte kleren had gegooid. Paul noemde het het afvalpaneel.
In de hitte van de cabine was het gerieflijker om naakt te zijn, hoewel het comfort de vernedering niet teniet deed.
Na zich gekweten te hebben van haar zichtbaar onaangename Paul taak had Tigerishka zich met haar eigen zaken beziggehouden. Eerst had ze zichzelf en Miauw mooi gemaakt. Ze gebruikte daarbij niet alleen haar lange, puntige paarse tong die meer op die van een kikker dan van een kat leek, maar ook twee zilveren kammen die ze met evenveel handigheid met alle vier haar poten en haar grijpstaart hanteerde. Terwijl ze ritmisch kamde huilde ze zacht een wanklinkende, vreemde muziek. Op een of andere wijze produceerde ze drie stemmen tegelijk. Het haar dat ze aan het kammen overhield ging in het afvalpaneel.
Toen, met een sublieme of gewoon katachtige onverschilligheid voor de lijdende wereld onder hun — als ze nog boven Zuid Californië of de aarde zweefden, wat Paul zich afvroeg — had ze Miauw te eten gegeven. Uit het tweede van de drie panelen — Paul gaf het de naam voedselpaneel — toverde ze een vette, donkerrode worm tevoorschijn, waarvan Paul onbehaaglijk dacht dat hij eerder synthetisch was dan echt. Het ding kronkelde net genoeg om Miauw uitermate te boeien, en ze speelde er in vrije val een poos mee terwijl Tigerishka toekeek, voor ze het langzaam opkauwde met alle tekenen van diepe voldoening.