‘Jezus, Dex, ik word hier knettergek van. Wat nou als...’ Ze onderbrak zichzelf en beet op haar lip. ‘Je zorgt maar dat het lukt,’ zei ze. ‘Hij heeft Kyle al veel te lang.’
‘Dat gaat lukken, Deborah,’ zei ik. Maar we geloofden het geen van beiden echt.
De artsen wilden Deborah per se nog vierentwintig uur ter observatie te houden. Dus nam ik opgewekt afscheid van mijn zus, haastte me de zonsondergang in en van daaruit naar mijn flat om te douchen en me om te kleden. Wat moest ik aan? Ik kon geen richtlijnen bedenken over wat je in deze tijd van het jaar aan moest op een verlovingsfeestje dat je werd opgedrongen, dat zelfs kon uitdraaien op een gewelddadige confrontatie met een wraakzuchtige maniak. Bruine schoenen waren overduidelijk uit, maar buiten dat waren er geen strenge regels. Na ampele overwegingen liet ik me door eenvoudige goede smaak leiden en koos ik een limoengroen, met rode elektrische gitaren en roze scheurijzers bedrukt hawaïhemd. Eenvoudig, maar elegant. Nog een kakibroek en een paar hardloopschoenen en ik was er helemaal klaar voor.
Maar ik had nog een uur over voordat ik er moest zijn, en mijn gedachten dwaalden opnieuw af naar Cody. Was ik de juiste voor hem? En zo ja, hoe kon hij dan in zijn eentje omgaan met zijn ontwakende Ruiter? Hij had mijn leiding nodig en ik merkte dat ik die dolgraag wilde geven.
Ik verliet mijn appartement en reed naar het zuiden in plaats van naar Vince’ huis in het noorden. Binnen een kwartier klopte ik bij Rita aan en keek naar de overkant van de straat, naar de lege plek die voorheen werd bezet door brigadier Doakes in zijn kastanjebruine Taurus. Vanavond was hij zich zonder enige twijfel thuis aan het voorbereiden, maakte hij zich op voor de ophanden zijnde strijd en poetste hij zijn kogels. Zou hij dr. Danco proberen te doden, zich gesterkt voelend met de wetenschap dat hij dat wettelijk mocht doen? Hoe lang was het geleden sinds hij iemand had gedood? Zou hij het missen? Kwam de behoefte nu als een orkaan over hem heen en blies die alle rede en remmingen weg?
De deur ging open. Rita straalde en sprong naar me toe, sloeg haar armen om me heen en kuste mijn gezicht. ‘Hallo, mooie jongen,’ zei ze. ‘Kom erin.’
Ik omhelsde haar even voor de vorm en maakte me los uit haar omhelzing. ‘Ik kan niet heel lang blijven,’ zei ik.
Ze ging nog meer stralen. ‘Ik weet het,’ zei ze. ‘Vince heeft me gebeld. Hij deed er zo schattig over. Hij beloofde me dat hij je in de gaten zou houden, zodat je geen al te gekke dingen gaat doen. Kom toch binnen,’ zei ze, en ze trok me aan mijn arm. Toen ze de deur dicht had gedaan, zei ze plotseling heel serieus tegen me: ‘Moet je horen, Dexter. Je moet weten dat ik geen jaloers type ben, en dat ik je vertrouw. Ga er maar gewoon heen en heb een leuke avond, oké?’
‘Dat doe ik zeker, dank je,’ ook al betwijfelde ik of dat inderdaad zou gebeuren. Ik vroeg me af wat Vince tegen haar had gezegd waardoor ze dacht dat het feestje een gevaarlijke valkuil van verleiding en zonde zou worden. Wat dat betreft, zou dat nog wel eens kunnen ook. Aangezien Vince ook grotendeels synthetisch was, kon hij nogal onvoorspelbaar zijn in sociale omstandigheden, zoals bijvoorbeeld tot uiting was gekomen in zijn bizarre seksuele toespelingen jegens mijn zus.
‘Lief van je om voor het feestje nog even langs te komen,’ zei Rita, terwijl ze me naar de bank leidde waar ik zo’n groot deel van mijn recente leven op had gesleten. ‘De kinderen wilden weten waarom zij niet mee mochten.’
‘Ik praat wel met ze,’ zei ik, terwijl ik alleen maar stond te popelen om Cody te zien om te proberen te ontdekken of ik gelijk had gehad.
Rita glimlachte, alsof ze opgetogen was te merken dat ik werkelijk met Cody en Astor ging praten. ‘Ze zijn in de tuin,’ zei ze. ‘Ik haal ze wel.’
‘Nee, blijf maar hier,’ zei ik. ‘Ik ga wel naar buiten.’
Cody en Astor waren in de achtertuin met Nick, de aanmatigende idioot van de buren die Astor in haar blootje wilde zien. Ze keken op toen ik de deur openschoof en Nick draaide zich om en repte zich naar zijn eigen tuin terug. Astor kwam op me afgerend en drukte zich tegen me aan en Cody kwam achter haar aan geslenterd, hij keek alleen, zonder enige emotie op zijn gezicht. ‘Hoi,’ zei hij met zijn zachte stem.
‘Gegroet en saluut, jonge burgers,’ zei ik. ‘Zullen we onze officiële toga aantrekken? Caesar roept ons naar de senaat.’
Astor hield haar hoofd schuin en keek me aan alsof ze me net een rauwe kat naar binnen had zien werken. Cody zei alleen heel zachtjes: ‘Wat.’
‘Dexter,’ zei Astor, ‘waaróm mogen we niet met je mee naar het feest?’
‘In de eerste plaats,’ legde ik uit, ‘moeten jullie morgen naar school. Maar in de tweede plaats ben ik bang dat het een grotemensenfeestje is.’
‘Betekent dat dat er blote meisjes bij zijn?’ vroeg ze.
‘Wat denken jullie wel niet dat ik ben?’ zei ik opperst verontwaardigd. ‘Denken jullie nou echt dat ik óóit naar een feest met blote meisjes ga?’
‘Jak,’ zei Astor, en Cody fluisterde: ‘Ha.’
‘Maar belangrijker is nog dat ze ook heel stom dansen en ze hebben allemaal lelijke shirtjes aan, en het is niet goed voor jullie als jullie dat zouden zien. Dan zouden jullie alle respect voor grote mensen verliezen.’
‘Welk respect?’ zei Cody, en ik schudde zijn hand.
‘Goed gezegd,’ zei ik. ‘Ga nu maar naar jullie kamer.’
Astor moest giechelen. ‘Maar we willen naar het feest,’ zei ze.
‘Ik ben bang dat dat niet gaat,’ zei ik. ‘Maar ik heb een deel van de schat meegenomen, zodat jullie niet weglopen.’ Ik gaf haar een rol wafels, ons geheime ruilmiddel. Ze zou hem later eerlijk met Cody delen, uit het zicht van alle priemende ogen. ‘Nou, jongelui,’ zei ik. Ze keken verwachtingsvol naar me op. Maar op dat punt bleef ik steken, trillend van verlangen naar het antwoord op de vraag waarvan ik niet zeker wist of, of zelfs hoe, ik die zou moeten stellen. Ik kon niet bepaald zeggen: ‘Trouwens, Cody, ik vroeg me af of je graag dingen doodmaakt?’ Dat was natuurlijk wel precies wat ik wilde weten, maar het leek me niet het soort vraag dat je aan een kind kon stellen, en zeker niet aan Cody, die over het algemeen zo spraakzaam was als een kokosnoot.
Vaak leek zijn zusje Astor het woord namens hem te voeren. De druk van een vroege jeugd in het bijzijn van een gewelddadige bruut van een vader had een symbiotische relatie tussen hen gecreeerd, zo hecht dat als hij cola dronk, zij boerde. Wat er ook in Cody omging, Astor zou er uitdrukking aan kunnen geven.
‘Mag ik jullie iets serieus vragen?’ zei ik, en ze wisselden een blik uit die meer zei dan een heel gesprek, maar de buitenwereld niets. Toen knikten ze, bijna alsof hun hoofd aan dezelfde tafelvoetbalstang vastzat.
‘De hond van de buren’ zei ik.
‘Heb ik toch al gezegd,’ zei Cody.
‘Hij gooide altijd de vuilnisbak om,’ zei Astor. ‘En hij poepte in onze tuin. Nicky probeerde hem ons te laten bijten.’
‘Dus Cody heeft hem uit de weg geruimd?’
‘Laat dat maar aan Cody over,’ zei Astor. ‘Hij vindt dat soort dingen leuk. Ik kijk alleen maar toe. Ga je het tegen mama zeggen?’
Het was eruit. Hij vindt dat soort dingen leuk. Ik keek naar hen beiden, die mij niet bezorgder aanstaarden dan wanneer ze hadden gezegd dat ze vanille-ijs lekkerder vonden dan aardbeienijs. ‘Ik zal het niet tegen je moeder zeggen,’ zei ik. ‘Maar jullie mogen het verder ook tegen niemand vertellen, nooit. Alleen wij drieën, begrepen?’
‘Oké,’ zei Astor met een blik op haar broer. ‘Maar waarom niet, Dexter?’
‘De meeste mensen begrijpen het niet,’ zei ik. ‘Zelfs je moeder niet.’
‘Maar jij wel,’ zei Cody met zijn hese fluisterstem.
‘Ja,’ zei ik. ‘En ik kan helpen.’ Ik haalde diep adem en voelde een echo door mijn botten rollen, helemaal uit de tijd van Harry van zo lang geleden tot de Dexter van nu, onder dezelfde avondhemel in Florida waar Harry en ik onder hadden gestaan toen hij hetzelfde tegen mij zei. ‘We moeten je eerst op orde brengen,’ zei ik en Cody keek me zonder te knipperen met zijn grote ogen aan en knikte.