Mentale stilte. Hij was zo in beslag genomen sinds zijn terugkeer in de stad dat hij het absoluut ontbreken van ieder psi-gevoel niet had opgemerkt. Het onafgebroken waas van dierlijke reacties was er niet, evenmin als de vage tastgewaarwording van zijn psychokinese. Plotseling drong het tot hem door dat het binnen de stad altijd zo was.
Hij probeerde met zijn geest te luisteren — en hield weer op haast voordat hij begonnen was. Er was een voortdurende druk van gedachten die hij gewaar werd toen hij luisterde. Het was alsof je in een schip was ver onder het oppervlak van de oceaan, met je hand tegen de deur die de angstige druk weerstond. Als je de deur aanraakte zonder hem te openen, kon je de spanning voelen, de kracht die ertegen duwde en wachtte om je te verpletteren. Zo was het met de psi-druk in de stad. Het naamloze, van haat bezeten geschreeuw van Pyrrus zou onmiddellijk ieder denken vernietigen dat het opving. Een of andere functie in zijn brein werkte als een psi-zekering, die het bewustzijn afbrak voordat de geest vernietigd kon worden. Er lekte genoeg door om hem de druk steeds te laten merken en om hem van de grondstof te voorzien voor zijn eeuwige nachtmerries.
Er was één voordeel. Het ontbreken van de druk op zijn gedachten vergemakkelijkte zijn concentratie. Ondanks zijn vermoeidheid vorderde het schema snel.
Meta kwam de onderdelen waar hij om had gevraagd laat die middag brengen. Zij zette de lange doos op de werkbank, wilde iets zeggen, maar veranderde van gedachten en zweeg. Jason keek naar haar op en glimlachte.
‘In de war?’ vroeg hij.
‘Ik weet niet wat je bedoelt,’ zei ze. ‘Ik ben niet in de war. Alleen geërgerd. De normale reis is uitgesteld en ons bevoorradingsschema ligt voor maanden overhoop. En in plaats van vlieg- of ommuringsdiensten heb ik opdracht om rond te hangen en op jou te wachten. Daarna een of andere malle vlucht te maken op jouw aanwijzingen. Vind je het dan vreemd dat ik geërgerd ben?’
Jason zette zorgvuldig de onderdelen op het onderstel voordat hij sprak. ‘Zoals ik al zei, je bent in de war. Ik kan uitleggen, hoe erg je in de war bent — en dat zal je alleen maar nog meer verwarren. Een verleiding waaraan ik eerlijk gezegd maar moeilijk weerstand kan bieden.’
Gefronst keek zij over de werkbank naar hem op en speelde onbewust met een lokje haar. Zo vond Jason haar aardig.
Als een Pyrraan op volle kracht had ze evenveel karakter als een tandwiel in een machine. Eenmaal uit dat systeem, deed ze hem meer denken aan het meisje dat hij gekend had op die eerste vlucht naar Pyrrus. Hij vroeg zich af of het mogelijk was haar echt duidelijk te maken wat hij bedoelde.
‘Ik beledig je niet als ik zeg ‘in de war’, Meta. Met jouw achtergrond zou je niet anders kunnen zijn. Je hebt een afgesloten karakter. Ik geef toe, Pyrrus is ongewoon afgesloten met een heleboel loodzware problemen, in het oplossen waarvan jullie experts zijn. Dat maakt het niet minder afgesloten. Als je een ruimer probleem onder ogen krijgt raak je in de war. Of erger nog, als jullie afgesloten problemen in een grotere samenhang geplaatst worden. Dat is zo iets als een eigen spel spelen, terwijl de regels onderhand steeds worden veranderd.’
‘Je praat onzin,’ snauwde ze tegen hem. ‘Pyrrus is geen eiland en vechten om te overleven is zeker geen spelletje.’
‘Neem me niet kwalijk,’ glimlachte hij. ‘Ik bedoelde het maar figuurlijk en misschien koos ik de verkeerde figuur. Laten we het vraagstuk wat concreter stellen. Veronderstel bijvoorbeeld dat ik je vertelde dat daar aan de deurpost een steekvleugel hing —’
Meta’s revolver was op de deur gericht, voor hij het laatste woord had uitgebracht. Er klonk een gekraak toen de bewaker uit zijn stoel viel. Hij was in een ogenblik uit zijn halve sluimering opgesprongen tot volledige waakzaamheid en had zijn wapen ook op de deurpost gericht.
‘Dat was nu een voorbeeld,’ zei Jason. ‘Er is daar helemaal niets.’ Het wapen van de bewaker verdween weer en hij keek minachtend naar Jason, terwijl hij zijn stoel overeind zette en zich erin liet vallen.
‘Jullie tweeën hebben bewezen dat je in staat bent om een Pyrraans probleem op te lossen,’ vervolgde Jason. ‘Maar wat zouden jullie doen als ik zei dat daar aan de deurpost een ding hing dat op een steekvleugel leek, maar in werkelijkheid een groot insect was dat fijne zijde spon die gebruikt kan worden om er kleren van te weven?’
De bewaker gluurde van onder zijn zware wenkbrauwen naar het lege deurkozijn, zijn wapen schoof half uit het holster, vloog dan weer terug. Hij gromde iets onverstaanbaars tegen Jason, stampte toen de andere kamer in en sloeg de deur achter zich dicht. Meta fronste nadenkend haar wenkbrauwen en keek verwonderd.
‘Het zou alleen maar een steekvleugel kunnen zijn,’ zei ze tenslotte. ‘Niets anders kan er zo uit zien. En zelfs al spon het zijde, het zou bijten als je dichterbij kwam, dus je zou het toch moeten doden.’ Ze glimlachte voldaan om de onwrikbare logica van haar antwoord.
‘Weer fout,’ zei Jason. ‘Ik beschreef alleen maar de kameleo-spinner die op Stover’s Planeet leeft. Hij bootst de meest woeste vormen van leven daar na, zo goed dat hij geen andere verdediging nodig heeft. Hij zal rustig op je hand blijven zitten en meters voor je spinnen. Als ik er een scheepslading van losliet hier op Pyrrus, zou je er nooit zeker van zijn of je moest schieten.’
‘Maar nu zijn ze er niet,’ hield Meta vol. ‘Toch zouden ze er heel gemakkelijk kunnen zijn. En als ze er waren, zouden alle regels van jullie spel veranderen. Krijg je er nu een idee van? Er zijn een paar vaste wetten en regels in de melkweg, maar niet die waar jullie naar leven. Jullie regel is: Eindeloze oorlog met het plaatselijke leven. Ik wil jullie reglement te buiten gaan en een eind maken aan die oorlog. Zou je dat niet fijn vinden? Zou je het niet fijn vinden een bestaan te hebben dat meer was dan een eindeloze strijd om te overleven? Een leven met een kans op geluk, liefde, muziek, kunst — al de prettige dingen waar jullie nog nooit tijd voor hebt gehad?’
Alle Pyrraanse stugheid was van haar gezicht verdwenen toen zij naar hem luisterde en die vreemde ideeën door haar gedachten liet spelen. Hij had als vanzelf zijn hand uitgestoken toen hij praatte en haar hand gepakt. Die was warm en haar polsslag ging snel onder zijn greep.
Meta werd zich plotseling bewust van zijn hand en trok de hare weg, terwijl ze gelijk opstond. Toen zij in den blinde op de deur afging klonk Jasons stem haar scherp achterna.
‘Skop, de bewaker, rende weg omdat hij zijn kostelijke tweewaardige logica niet wilde verliezen. Dat is alles wat hij heeft, maar jij hebt andere delen van de melkweg gezien, Meta, jij weet dat er veel meer in het leven bestaat dan dood-en-wordt-gedood hier op Pyrrus. Je voelt dat het waar is zelfs al wil je het niet toegeven.’
Zij keerde zich om en rende de deur uit.
Jason keek haar na en schraapte in gedachten over zijn ongeschoren kin. ‘Meta, ik heb de vage hoop dat de vrouw gaat winnen van de Pyrraan. Ik geloof dat ik — misschien voor het eerst in de geschiedenis van deze bloedige, door oorlog verscheurde stad — in de ogen van één van zijn burgers een traan zag.’
21
‘Laat dat toestel vallen en Kerk rukt je ongetwijfeld je beide armen uit,’ zei Jason. ‘Nu is hij daar en kijkt zo spijtig als het maar kan dat ik hem hier ooit toe bepraat heb.’
Skop vloekte onder de omvangrijke massa van de psi-detector en gaf hem door aan Meta die in het open luik van het ruimteschip stond te wachten. Jason hield toezicht op het laden en verzengde al het leven dat kwam kijken. Er waren heel wat hoornduivels vanmorgen en hij schoot er vier. Hij kwam het laatst aan boord en sloot het luik achter zich.
‘Waar ga je hem zetten?’ vroeg Meta.
‘Dat mag jij zeggen,’ zei Jason. ‘Ik heb een plaats nodig voor de antenne waar geen dicht metaal voor de kom zit dat het signaal afsnijdt. Dun plastic is goed. Als het niet anders kan, zal ik hem aan de buitenkant monteren, met afstandsbediening.’