‘Soms vergissen we ons nu eenmaal wel eens,’fluisterde Petra een keer tegen hem. Het was een smeekbede om hulp.
‘En soms niet,’was Enders antwoord. Als ze hulp kreeg dan zou dat niet van hem zijn. Hij zou onderwijzen; haar vrienden moest ze maar onder de anderen zoeken.
Toen kwam een gevecht dat bijna in een ramp eindigde. Petra voerde haar strijdmacht te ver naar voren; ze waren kwetsbaar en ze ontdekte het op een moment dat Ender haar niet in beeld had. Binnen een paar tellen verloor ze op twee na al haar schepen. Toen vond Ender haar. Hij droeg haar op om die in een bepaalde richting te verplaatsen, maar er kwam geen antwoord. De schepen kwamen niet in beweging. En over nog een tel zouden ook die twee jagers verloren gaan.
Ender wist onmiddellijk dat hij haar overbelast had — omdat ze zo briljant was had hij haar veel vaker laten meespelen en onder veel belastender omstandigheden dan een paar van de anderen. Maar hij had nu geen tijd om zich zorgen over Petra te maken of om zich schuldig te voelen over wat hij haar had aangedaan. Hij liet Gekke Tom de twee overgebleven jagers overnemen en ging toen verder met zijn poging om nog van de strijd te maken wat er van te maken viel; Petra had een sleutelpositie ingenomen en nu stortte Enders hele strategie in. Als de vijand niet zo overgretig en onhandig zijn voordeel had uitgebuit, zou Ender verloren hebben. Maar Shen slaagde erin om een groep vijandelijke schepen te betrappen in een te dichte formatie en schakelde ze met een enkele kettingreactie uit. Gekke Tom stuurde zijn twee overgebleven jagers de bres in en richtte een grote ravage aan onder de vijandelijke schepen en hoewel zijn schepen en die van Shen uiteindelijk allemaal vernietigd werden, wist Fly Molo de resterende vijandelijke schepen te vernietigen en de overwinning rond te maken.
Aan het eind van het gevecht hoorde hij Petra roepen om een microfoon. ‘Zeg tegen hem dat het me spijt, ik was alleen zo moe, ik kon gewoon niet meer denken, anders niet. Zeg hem dat het me spijt.’
De eerstvolgende keren was ze er niet bij als ze oefenden en toen ze terugkwam was ze niet meer zo snel als ze was geweest, niet meer zo stoutmoedig. Een groot deel van wat haar een goed bevelhebber had gemaakt was ze kwijt. Ender kon haar niet meer gebruiken, behalve voor routineuze, strikt begeleide taken. Ze was niet achterlijk. Ze wist wat er gebeurd was. Maar ze wist ook dat Ender geen andere keus had en ze liet hem dat weten.
Toch bleef het feit dat ze was ingestort, en zij was nog wel bij lange na de zwakste niet van zijn eskaderleiders. Het was een waarschuwing — hij kon zijn bevelhebbers niet meer onder druk zetten dan ze konden verdragen. In het vervolg kon hij dus niet zomaar zijn leiders inzetten op elk moment dat hij hun vaardigheden nodig had, maar moest hij ook rekening houden met hoe vaak ze al gevochten hadden. Hij moest hen aflossen en dat betekende dat hij soms een gevecht inging met bevelhebbers die hij een klein beetje minder vertrouwde. Naarmate hij de druk die hij op hen uitoefende verlichtte, verzwaarde hij de druk op zichzelf.
Op een gegeven moment werd hij diep in de nacht wakker van de pijn. Zijn kussen zat onder het bloed en hij proefde bloed in zijn mond. Zijn vingers deden zeer. Hij zag dat hij in zijn slaap op zijn eigen vuist had liggen knagen. Het bloed stroomde er nog uit. ‘Mazer!’riep hij. Rackham werd wakker en liet onmiddellijk een dokter komen.
Terwijl de dokter de wond verbond zei Mazer: ‘Het kan me niet schelen hoeveel je eet, Ender, maar voor zelfkannibalisme word je niet van deze school verwijderd.’
‘Ik sliep,’zei Ender. ‘Ik wil helemaal niet weg van de Officiersopleiding.’
‘Mooi.’
‘De anderen. Die het niet redden.’
‘Waar heb je het over?’
‘Vóór mij. De andere leerlingen die de opleiding niet konden afmaken. Wat is er met hen gebeurd?’
‘Ze redden het niet. Meer niet. Mislukkingen worden niet bestraft. Ze gaan gewoon — niet verder.’
‘Net als Bonzo.’
‘Bonzo?’
‘Hij werd naar huis gestuurd.’
‘Niet als Bonzo.’
‘Wat dan? Wat is er met hen gebeurd? Toen ze mislukten?’
‘Waarom is dat belangrijk, Ender?’
Ender gaf geen antwoord.
‘Geen van hen mislukte op dit punt in hun opleiding, Ender. Je hebt met Petra een vergissing gemaakt. Zij zal wel weer herstellen. Maar Petra is Petra en jij bent jij.’
‘Een deel van wat ik ben is Petra. Is wat zij van me maakte.’
‘Jij mislukt niet, Ender. Niet in dit vroege stadium van de opleiding. Je bent een paar keer door het oog van de naald gegaan, maar je hebt altijd gewonnen. Je weet nog niet wat je grenzen zijn maar als je ze nu al bereikt hebt, ben je een heel stuk zwakker dan ik dacht.’
‘Gaan ze dood?’
‘Wie?’
‘Leerlingen die mislukken.’
‘Nee, ze gaan niet dood. Grote hemel jongen, jullie spelen alleen maar spelletjes.’
‘Volgens mij ging Bonzo wel dood. Ik droomde vannacht over hem. Ik herinnerde me hoe hij eruitzag nadat ik hem een kopstoot in zijn gezicht had gegeven. Ik denk dat ik zijn neus in zijn hersens heb gedrukt. Er kwam bloed uit zijn ogen. Volgens mij was hij toen al dood.’
‘Het was maar een droom.’
‘Mazer, ik wil zulke dingen niet dromen. Ik ben bang om te gaan slapen. Ik blijf maar aan dingen denken die ik me helemaal niet wil herinneren. Mijn hele leven blijft maar aan me voorbij gaan of ik een videorecorder ben en iemand anders de akeligste stukken van mijn leven wil bekijken.’
‘We kunnen je geen slaapmiddelen geven, als je dat soms hoopte. Het spijt me dat je zo akelig droomt. Moeten we voortaan ‘s nachts het licht aanlaten?’
‘Neem me niet in de maling!’zei Ender. ‘Ik ben bang dat ik gek word.’
De dokter was klaar met verbinden. Mazer zei dat hij kon gaan. Hij ging.
‘Ben je daar echt bang voor?’vroeg Mazer.
Ender dacht erover na en wist het niet echt zeker.
‘In mijn dromen,’zei Ender, ‘ben ik er nooit zeker van of ik mezelf wel ben.’
‘Vreemde dromen zijn een veiligheidsklep, Ender. Je wordt voor het eerst van je leven door mij een beetje onder druk gezet. Je lijf zoekt manieren om dat te compenseren, anders niet. Je bent nu een grote jongen. Het is tijd dat je over je angst voor het donker heen groeit.’
‘In orde,’zei Ender. Hij besloot ter plaatse om Mazer nooit meer over zijn dromen te vertellen.
De dagen regen zich aaneen met elke dag weer gevechten tot Ender helemaal gewend raakte aan zijn routine van zelfvernietiging. Hij begon pijn in zijn maag te krijgen. Ze zetten hem op een dieet van laffe kost, maar al gauw had hij helemaal nergens trek meer in. ‘Eet,’zei Mazer en dan stopte Ender werktuiglijk een hap eten in zijn mond. Maar als niemand hem opdroeg om te eten, at hij niet.
Nog twee van zijn eskaderleiders stortten in op dezelfde manier als Petra; de druk op de overigen werd navenant groter. De vijand had nu in ieder gevecht een meerderheid van drie of vier tegen één; de vijand trok zich ook sneller terug als het slecht ging en wist de gevechten door hergroeperen steeds langer te rekken. Soms duurden gevechten wel uren voor ze eindelijk het laatste vijandelijke schip konden vernietigen. Ender begon zijn eskaderleiders tijdens een en hetzelfde gevecht te wisselen zodat goed uitgeruste en frisse leiders de plaats konden innemen van hen die een beetje traag begonnen te worden.