Выбрать главу

‘Daar,’ zei ze en ze wees. Ze keek hem aan met een gemaakt bezorgd gezicht. ‘Denk je dat je daarbeneden kunt komen, ballerina?’

Matthias maakte een gezicht naar Þóra en probeerde zich als een stoere kerel te gedragen. Hij daalde heel voorzichtig, centimeter voor centimeter, af, alsof hij een bejaarde van in de negentig was, terwijl Þóra als een lammetje naar beneden huppelde. Ze bleef een eind verder beneden staan, vastbesloten om van het ogenblik te genieten, en schreeuwde hem venijnig toe: ‘Schiet eens op!’ Matthias negeerde dit en kwam uiteindelijk heelhuids beneden aan.

‘Wat een opwinding allemaal,’ zei hij en hij deed zijn zaklamp aan. ‘Ben je zo opgewonden, omdat je straks met me uit eten gaat of zo?’

Þóra deed haar zaklamp aan en scheen met de straal in Matthias’ ogen. ‘Niet bepaald. Kom op.’ Ze draaide zich snel om en ze gingen de eerste grot binnen. ‘Wauw, hoe kwamen ze erop?’ zei ze overrompeld en ze liet haar zaklamp door de enorme ruimte glijden. Als ze het goed had begrepen, waren de grotten met primitief gereedschap door de eerste monniken op IJsland uit het zandsteen gehakt.

‘Waarvoor zouden ze deze grotten bedoeld hebben?’ zei Matthias.

‘In de eerste plaats als huisvesting,’ zei een onbekende stem bij de ingang van de grot.

Þóra gaf een ijselijke gil en liet haar zaklamp vallen. Hij rolde over de ongelijke vloer van de grot en de lichtstraal speelde over de muren tegenover hen, totdat hij bleef liggen. ‘Ik schrok me een ongeluk,’ zei ze en ze bukte om haar zaklamp op te rapen. ‘We wisten niet dat hier nog iemand was.’

‘Sorry, ik wilde jullie niet laten schrikken,’ zei de – voor zover Þóra kon beoordelen – al wat oudere man. ‘We staan nu trouwens quitte,’ zei hij daarna. ‘Het is lang geleden dat ik zo ben geschrokken als van jouw gegil. Ik werd gebeld vanuit Mosfell en er werd me verteld dat er toeristen onderweg waren naar de grotten. Ik dacht dat jullie misschien wel een gids zouden willen. Mijn naam is Grímur; ik ben de eigenaar van de boerderij hierboven. De grotten liggen op mijn grond.’

‘Ja,’ zei Þóra verbaasd. Geen slecht bezit, dit stuk grond, dacht ze. ‘We kunnen inderdaad wel een gids gebruiken: we weten eigenlijk maar heel weinig van wat we nu zien.’

De man liep de grot in en begon uit te leggen wat ze zagen. Dat deed hij in het IJslands en Þóra vertaalde het belangrijkste voor Matthias. De man liet hen onder andere zien hoe men dacht dat er slaapplaatsen in de muren uitgehakt waren. Daarna bekeken ze een schoorsteen die in het plafond was gehakt om lucht naar binnen of rook naar buiten te laten. Hij wees ze op een altaar met een kruis, dat de monniken waarschijnlijk uit de muur erachter hadden gebeiteld of gesneden. ‘Jeetje,’ zei Þóra enthousiast en verbaasd. ‘Dat is echt bijzonder.’

‘Jazeker,’ zei de man met een ironische blik. ‘Deze plek is niet in een dag gebouwd, dat staat vast: mensen doen veel moeite om voor onderdak te zorgen.’

‘Inderdaad.’ Þóra keek nog een keer om zich heen met behulp van haar zaklamp. ‘Zijn de grotten doorzocht? Ik bedoel, er kunnen hier toch moeilijk archeologische voorwerpen verborgen liggen?’

‘Archeologische voorwerpen?’ De man leek verwonderd. Hij lachte. ‘Mevrouwtje, deze grot is tot ongeveer 1950 gebruikt als koeienstal. Hier ligt niets verborgen. Dat moet dan wel heel zorgvuldig zijn gebeurd, kan ik je vertellen.’

‘O,’ zei Þóra teleurgesteld. ‘Dus dit is allemaal al onderzocht?’

‘Nee, dat zeg ik niet,’ antwoordde de man. ‘Bij mijn weten zijn mijn grotten maar één keer onderzocht.’

‘Wanneer was dat?’ vroeg Þóra. ‘Recentelijk?’

De man lachte. ‘Nee, dat kun je nauwelijks recentelijk noemen. Ik herinner me niet precies wanneer het was, maar het is in ieder geval jaren geleden. Er kwam zo goed als niets uit het onderzoek, zoals te verwachten viel. Er werden resten van dierenbeenderen gevonden en een of ander gat dat, voor zover ik begrepen heb, werd gebruikt om in te koken.’ Hij wees naar een gat in de grond, vlak bij het altaar. ‘Nee, het weinige dat hier te vinden was, is boven water gekomen; dat kan ik jullie beloven.’

Þóra vroeg de man ten slotte of hij er misschien iets van gemerkt had dat Harald de grotten had bezocht. Hij herkende de beschrijving niet, maar hij zei dat dat niet automatisch betekende dat hij er niet geweest was: de grotten waren niet afgesloten en mensen konden er gemakkelijk binnenwandelen zonder dat ze gezien werden.

‘Trek nu eens wat anders aan, Crocodile Dundee,’ zei Matthias, toen ze weer terug in het hotel waren. ‘Ik hoef gelukkig alleen maar mijn jas uit te doen om naar de bar te gaan. Nu haal ik de tijd in die ik daar op die helling heb verloren.’

Þóra trok een gezicht naar hem, maar haastte zich desondanks naar haar kamer om zich om te kleden. Ze trok een nette broek aan en een witte, onopvallende blouse, waste haar gezicht en deed een beetje lippenstift op. Er was niets mis mee om je een beetje op te tutten als je uitgenodigd bent voor een etentje, maar dat betekende nog niet per se dat ze tot alles in staat was. Toch aarzelde ze even bij de woorden ‘per se’. Het kwam er niet helemaal overtuigend en een beetje verontrustend uit. Ze hield op erover na te denken en haastte zich naar de bar. Daar stond Matthias die in een levendig gesprek met de barman, hopelijk die Óli, verwikkeld was. Matthias glimlachte naar haar, zo te zien tevreden over haar andere kleren.

‘Mooi,’ zei hij laconiek. ‘Dit is Óli. Hij was aan het vertellen over Harald en Harry Potter; hij kan hen zich goed herinneren. Ze dronken met name enorm veel en gedroegen zich anders dan de andere gasten.’

‘Dat is nog zachtjes uitgedrukt,’ zei Óli en hij vroeg Þóra wat ze wilde drinken.

‘Een glas witte wijn alsjeblieft,’ antwoordde ze en ze vroeg wat hij daarmee bedoelde.

‘Ach, gewoon,’ antwoordde hij, ‘Ze dronken de ene na de andere tequilashot, speelden luchtgitaar en deden meer van die dingen die we hier in het hotel niet vaak zien. Alleen al hoe die Harald eruitzag. De andere gasten zaten gewoon met open mond naar die twee te staren. Ze rookten als ketters: de sigaren waren niet aan te slepen.’

Þóra keek om zich heen naar de gezellige bar, die een schuin aflopend dak had. Ze was het met hem eens: het eerste waar je aan dacht, was nou niet direct een luchtgitaar; eerder een luchtviool, als zoiets bestond. Ze wendde zich weer tot Óli. ‘Die Harry Potter, weet je ook hoe hij echt heette?’

Óli de barman glimlachte. ‘Hij heette Halldór. Ze waren allebei veel te dronken om erom te denken dat hij Harry Potter heette, naarmate de avond vorderde. Aanvankelijk hielden ze zich er vrij goed aan.’

Meer informatie viel er bij Óli, de barman, niet te halen. Ze gingen op een grote, leren sofa zitten, proostten en praatten over de gebeurtenissen van de dag. De barman kwam met de menukaarten en nadat ze besteld hadden, besloot Matthias om nog een drankje te nemen. Tot Þóra’s stomme verbazing was ook haar drankje alweer op en ze accepteerde een tweede glas. Na het eten gingen ze weer aan de bar zitten en bij haar derde glas Cointreau was Þóra bijna in staat om luchtgitaar te spelen voor Matthias en Óli de barman. In plaats daarvan hing ze aan eerstgenoemde.

11 december 2005

27

Þóra werd wakker met een behoorlijk intensief gebonk in haar hoofd, alsof haar hersenen uit haar schedel probeerden te ontsnappen. Ze greep naar haar voorhoofd en kreunde. Uitgerekend Cointreau. Ze zou inmiddels toch moeten weten dat likeur gelijk stond aan een kater. Ze ademde diep in en draaide zich op haar zij. Daarbij raakte haar hand iets warms aan, zodat ze haar ogen geschokt wijd open sperde. Er lag een man in haar bed. Ze keek naar de rug van Matthias. Of van Óli, de barman? Ze probeerde zich de vorige avond te herinneren en zuchtte zachtjes, opgelucht dat ze voor de minst erge optie had gekozen. De mist in haar hoofd maakte het haar moeilijk om een vluchtweg uit de situatie te verzinnen: hoe kwam ze ongezien en zonder Matthias wakker te maken weg? En wat erger was: hoe kon ze het hoofd koel houden? Kon ze net doen alsof er niets gebeurd was? Misschien herinnerde hij het zich niet. Dat was het: ertussenuit knijpen en hem daarna gewoon onder ogen komen en het erop wagen dat hij vier keer zo veel als zij had gedronken.