Выбрать главу

De bloedruiters van de khal boden haar de traditionele drie wapens aan, en fraai waren ze. Haggo schonk haar een grote leren zweep met een zilveren handvat, Cohollo een schitterende arakh met een gouden schede en Qotho een samengestelde boog van drakenbeen die langer was dan zijzelf. Magister Illyrio en ser Jorah hadden haar geleerd hoe ze hun aanbod overeenkomstig de traditie moest afslaan. ‘Dit is een gave, een grote krijger waardig, o bloed van mijn bloed, en ik ben slechts een vrouw. Laat mijn heer gemaal deze in mijn plaats dragen.’ En zo ontving ook Khal Drogo zijn ‘bruidsgaven’. Van andere Dothraki kreeg ze een overvloed aan andere giften: slippers, juwelen en zilveren haarringen, penninggordels, beschilderde vesten en zachte bonthuiden, zandzijden stoffen en kruikjes parfum, naalden, veren en flesjes van purper glas, en een japon, gemaakt van duizend muizenvelletjes. ‘Een fraai geschenk, khaleesi,’ zei magister Illyrio daarover, nadat hij haar had verteld wat het was.

‘Dat brengt veel geluk.’ De gaven hoopten zich in grote bergen rondom haar op, zoveel dat ze het met geen mogelijkheid allemaal kon bevatten, en veel meer dan ze wilde of kon gebruiken. En als laatste van allen leidde Khal Drogo zijn eigen bruidsgave voor haar. Toen hij wegliep verspreidde een verwachtingsvolle stilte zich vanuit het hart van het kamp en breidde zich uit tot de hele khalasar erdoor was opgeslokt. Toen hij terugkeerde week de dichte drom van Dothraki-gevers voor hem uiteen, en hij leidde het paard naar haar toe.

Het was een jonge merrie, vurig en fraai. Dany wist net voldoende van paarden af om te beseffen dat dit geen gewoon dier was. De merrie had iets adembenemends. Ze was grijs als de winterzee, met manen als zilveren rook.

Aarzelend stak Dany een hand uit, streelde het paard over de nek en liet haar vingers door het zilver van de manen glijden. Khal Drogo zei iets in het Dothraki en magister Illyrio vertaalde: ‘Zilver voor het zilver van je haar, zegt de khal.’

‘Ze is mooi,’ prevelde Dany.

‘Ze is de trots van de khalasar,’ zei Illyrio. ‘De zede schrijft voor dat de khaleesi een rijdier heeft dat haar plaats aan de zijde van de khal waardig is.’

Drogo trad naar voren en legde zijn handen om haar middel. Hij tilde haar even gemakkelijk op als een kind en zette haar in het smalle Dothraki-zadel, dat zoveel kleiner was dan wat ze gewend was. Even bleef Dany onzeker zitten. Over dit onderdeel had niemand haar ingelicht. ‘Wat moet ik doen?’ vroeg ze aan Illyrio. Het was Ser Jorah Mormont die antwoord gaf. ‘Neem de teugels en rij. Je hoeft niet ver weg te gaan.’

Nerveus nam Dany de teugels in handen en liet haar voeten in de korte stijgbeugels glijden. Haar rijkunst ging niet boven het gemiddelde uit, want ze had veel vaker op schepen en in wagens en draagstoelen gereisd dan op een paardenrug. Ze bad dat ze er niet af zou vallen en zich te schande zou maken. Toen zette ze de merrie heel zacht en bedeesd met haar knieën aan.

En voor het eerst sinds uren, of misschien wel voor het eerst van haar leven, vergat ze om bang te zijn.

De zilvergrijze merrie had een soepele, vloeiende gang, en de menigte week voor haar uiteen. Alle ogen waren op hen gericht. Dany merkte dat ze sneller reed dan ze van plan was geweest, maar dat dat om de een of andere reden eerder opwindend dan beangstigend was. Het paard ging in draf over, en ze glimlachte. Dothraki haastten zich om een pad vrij te maken. De lichtste druk van haar benen, het kleinste rukje aan de teugels en de merrie reageerde al. Ze zette haar tot galop aan, en nu joelden, lachten en schreeuwden de Dothraki als ze opzij sprongen. Toen ze het paard wendde om terug te rijden doemde er recht voor haar een vuur kuil op, midden op haar pad. Ze waren aan weerszijden ingesloten en voor halt houden was geen ruimte meer. Toen werd Daenerys vervuld van een nooit gekende stoutmoedigheid. Ze gaf de merrie de vrije hand. Het zilveren paard sprong over de vlammen heen alsof het vleugels had. Toen ze voor magister Illyrio de teugels inhield zei ze: ‘Zeg tegen Khal Drogo dat hij me de wind heeft geschonken.’ De dikzak uit Pentos streek over zijn gele baard terwijl hij haar woorden herhaalde in het Dothraki, en Dany zag haar nieuwe echtgenoot voor het eerst glimlachen.

Net op dat moment verdween het laatste zilver van de zon in het westen achter de hoge muren van Pentos. Dany was ieder besef van tijd kwijtgeraakt. Khal Drogo gelastte zijn bloedruiters om zijn eigen paard te brengen, een slanke, rode hengst. Terwijl de khal de paarden zadelde sloop Viserys naar Dany op haar zilveren merrie toe, boorde zijn vingers in haar been en zei: ‘Behaag hem, lieve zuster, of ik zweer je dat je de Draak zult zien ontwaken zoals hij nog nooit eerder is ontwaakt.’

Met die woorden van haar broer keerde de vrees terug. Ze voelde zich weer een kind, pas dertien jaar, moederziel alleen en niet voorbereid op wat haar te wachten stond.

Ze reden samen weg toen de sterren verschenen en lieten de khalasar en de paleizen van gras achter zich. Khal Drogo sprak geen woord tegen haar, maar dreef zijn hengst in gestrekte draf door de dichter wordende schemering. De zilveren belletjes in zijn lange vlecht rinkelden zachtjes onder het rijden. ‘Ik ben van het bloed van de Draak,’ fluisterde ze hardop terwijl ze achter hem aanreed en probeerde moed te houden. ‘Ik ben van het bloed van de Draak. Ik ben van het bloed van de Draak.’ De Draak was nooit bang. Naderhand wist ze niet meer hoe ver of hoe lang ze hadden gereden, maar toen ze stopten bij een grazig veld naast een smal stroompje was het volledig donker. Drogo sprong van zijn paard en tilde haar van het hare. In zijn handen voelde ze zich breekbaar als glas en haar ledematen waren vloeibaar als water. Ze stond hulpeloos te huiveren in haar zijden bruidsgewaad terwijl hij de paarden vastbond, en toen hij zich omkeerde en haar aankeek barstte ze in huilen uit. Khal Drogo staarde naar haar tranen, zijn gezicht vreemd onaangedaan. ‘Nee,’ zei hij. Hij hief een hand op en veegde de tranen ruw weg met een vereelte duim.

‘U spreekt de gewone omgangstaal,’ zei Dany verwonderd.

‘Nee,’ zei hij weer.

Misschien kent hij alleen dat woord, dacht ze, maar het was één woord meer dan zij geweten had dat hij kende, en dat was toch bemoedigend. Drogo raakte vluchtig haar haren aan, liet de zilverblonde lokken door zijn vingers glijden en mompelde zachtjes iets in het Dothraki. Dany verstond de woorden niet, maar de toon was warm, van een tederheid die ze van deze man nooit had verwacht. Hij stak een vinger onder haar kin en tilde die op, zodat ze hem in de ogen keek. Drogo torende boven haar uit zoals hij boven iedereen uittorende. Hij nam haar zachtjes onder haar armen, tilde haar op en zette haar op een afgeslepen rots naast het stroompje. Toen ging hij tegenover haar op de grond zitten, zijn benen onder zich gekruist, hun gezichten eindelijk op gelijke hoogte. ‘Nee,’ zei hij.

‘Is dat het enige woord dat u kent,’ vroeg ze hem.

Drogo gaf geen antwoord. Zijn lange, zware vlecht sleepte naast hem door het stof. Hij trok hem over zijn rechterschouder en begon een voor een de belletjes uit zijn haar te halen. Na een ogenblik boog Dany zich naar voren om hem te helpen. Toen ze klaar waren maakte Drogo een gebaar. Ze begreep het. Langzaam en voorzichtig begon ze zijn haar los te vlechten. Dat duurde lang. Al die tijd zat hij zwijgend naar haar te kijken. Toen ze klaar was schudde hij zijn hoofd, en zijn haar waaierde achter hem uit als een donkere rivier, geolied en glanzend. Ze had nog nooit zulk lang, zwart en dik haar gezien.

Toen was het zijn beurt. Hij begon haar uit te kleden. Zijn vingers waren handig en merkwaardig teder. Een voor een verwijderde hij behoedzaam haar zijden gewaden terwijl Dany roerloos en zwijgend naar zijn ogen keek. Toen hij haar kleine borsten ontblootte wendde ze onwillekeurig haar gezicht af en bedekte zichzelf met haar handen. ‘Nee,’ zei Drogo. Hij trok haar handen van haar borsten, behoedzaam, maar vastberaden, en hief toen haar gezicht weer op, zodat ze hem moest aankijken. ‘Nee,’ herhaalde hij.