Выбрать главу

Zo had het moeten zijn ...

De eerste grote regendruppels kletterden op de bladeren van de platanen. Blauwwitte lichtflitsen verlichtten de hele vallei en de donder leek de bergen tot in hun wortels te schudden. Bryan greep Elizabeths hand en trok haar door de glazen deur de grote salon binnen, een paar seconden voor het werkelijke noodweer losbarstte.

19

De vroege ochtend was kil, grijze wolken schoven zuidwaarts alsof ze te laat waren voor een afspraak met de Middellandse Zee. De Rhönevallei was gevuld met mist. In de grote salon was een klein houtvuur aangestoken en daar kwamen al de leden van Groep Groen na het ontbijt bijeen. Iedereen droeg zijn eigen bagage en was al gekleed voor de rol die hij ginds wilde vervul­len. De grote stukken bagage waren hen al vooruitgegaan naar het terrein van de tijdpoort. Richard en Stein fluisterden samen terwijl ze in de zwakke vlammetjes staarden. Amerie, met een halve glimlach om haar mond, liet haar vingers langs de kralen van haar houten rozenkrans glijden. De anderen stonden apart en wachtten af.

Precies om vijf uur kwam raadsman Mishima de grote trap af van de entresol en wenste iedereen ernstig goedemorgen. ‘Wilt u mij volgen?’

Ze pakten hun spullen op en liepen in een rij uit de salon, over het terras, door de doorweekte tuinen waar plassen water op de tegels stonden en de rozeknoppen gescheurd en geknikt door de storm naar beneden hingen.

Vanaf de balkons van het grootste gastenverblijf kon men over de tuinen kijken. Daarboven, achter de glazen deuren, waren vaag gezichten te zien die hen nakeken—precies zo hadden zij­zelf anderen gadegeslagen wanneer die in een kleine processie van acht personen voorafgegaan werden door één enkele raads­man. Ze hadden zigeuners gezien en kozakken, woestijnnoma­den en voortrekkers, Polynesiërs met veren op hun capes, krij­gers met kruisbogen, zwaarden en assegaaien; er waren Ger­maanse marcheerders geweest in leren broeken, in het wit gekle­de en gebaarde profeten, kaal geschoren Oosterse monniken, Amerikaanse pioniers met grote hoeden, cowboys, fetisjisten in de wonderlijkste uitrustingen en verstandig uitziende mensen in spijkerbroek of tropenpak. De reizigers die deel uitmaakten van die vroege ochtendparades waren door de tuinen gelopen in de richting van een oud huis, overschaduwd door moerbeibomen, waarvan het witte stucwerk en het hout half verdween onder klimmende wijnranken. Madame Guderians kanten gordijnen hingen nog altijd voor de ramen en haar roze en witte geraniums stonden te bloeien in hun aardewerkpotten vlak naast de grote voordeur. De acht gasten en de raadsman zouden het huis bin­nengaan en de deur zou zich achter hen sluiten. Na verloop van een half uur zou de raadsman alleen weer naar buiten komen. Bryan Grenfell stond achter raadsman Mishima toen deze het huis van Guderian met een ouderwetse koperen sleutel opende.

Een grote, rossige kat zat op een droge plek onder het struikge­was en keek hen met sardonische gouden ogen aan. Grenfell knikte ernaar terwijl hij naar binnen stapte. Je hebt heel wat van ons deze weg zien gaan, nietwaar monsieur le Chat? En hoevelen daarvan hebben zich net zo gebruikt en oud en gek gevoeld als ik nu, ook al zijn we te koppig om terug te keren? Daar ga ik dan, in mijn handige tropenuitrusting en een knapzak vol kleine nood­zakelijkheden en hoogwaardig voedsel, gewapend met een wan­delstok met een stalen knop en een klein werpmes weggestoken in mijn linker ondermouw en Mercy’s geliefde portret met haar dossier in mijn borstzak. Daar ga ik dan, de diepste kelder in. ..

Stein Oleson moest zich bukken om door de deur te kunnen en liep daarna behoedzaam door de hal, bang om madame Guderians kostbare koperen klok omver te gooien of met de gekrulde horens van zijn vikinghelm een antiek bibelot of koperen kande­laar van de muren te halen. Stein begon het steeds moeilijker te vinden zich stil te houden. Iets binnen in hem probeerde zich groot te maken en wilde schreeuwen, brullen, lucht geven aan een geweldige bulderlach die de rest van de groep zou doen terugdeinzen alsof ze voor een roodheet fornuis stonden. Hij voelde zijn mannelijkheid onder de kilt van wolfshuid tot leven komen, zijn voeten wilden springen en vertrappen, de armspie­ren jeukten om de strijdbijl te zwaaien en de met vitredur bedek­te speer te richten die hij aan zijn wapenrusting had toegevoegd. Spoedig! Spoedig! Dan zou die knoop in zijn darmen losraken, zijn vurige bloed zou hem tot heldendom drijven en de vreugde daarvan zou zo groot zijn dat hij wel eens aan de overmaat ervan zou kunnen sterven.

Richard Voorhees volgde Stein voorzichtig de kelders in. Zijn zware, omgevouwen scheepslaarzen voelden vreemd aan op de uitgesleten treden. Hij had het vermoeden dat hij straks maar beter kon overgaan op de veel makkelijker gymnastiekschoenen die hij ook bij zich had, zodra ze ginds waren en erop uittrokken voor een eerste verkenning. Praktische zaken hadden voorrang op spelletjes! Het geheim van het succes, hield hij zichzelf voor, zou berusten in snelle aanpassing aan de plaatselijke machtsver­houdingen. Zodra hij zijn destilleerderij aan de gang kreeg (met Stein en misschien Landry in de buurt om de bevolking daar op een afstand te houden), had hij een goede economische basis om naar meer politieke invloed te streven. Hij glimlachte bij voor­baat en maakte de heupband van zijn rugzak zorgvuldig vast zodat de randen van zijn wambuis niet kreukelden. Hadden sommige van die oude zeerovers soms geen kans gezien zichzelf als een soort koningen in het jonge Amerika te vestigen? Jean Lafitte, Bloody Morgan en zelfs Blauwbaard. Wat dacht je van Richard Voorhees als de koning van Barataria? Hij grinnikte hardop bij die gedachte, helemaal vergetend dat zijn kostuum niet had toebehoord aan een boekanier, maar aan een heel ander soort zeevaarder.

Felice Landry keek toe hoe raadsman Mishima bezig was met het ingewikkelde slot van de kelderdeur. Ten slotte zwaaide de deur log open en traden ze de oude wijnkelder binnen; het was er vochtig en schimmelig en het rook vaag naar een overmaat aan ozon. Ze staarde naar de machine, die onwaarschijnlijke poort naar de vrijheid en klemde haar nieuwe kruisboog tegen haar zwart bepantserde boezem. Ze trilde en was misselijk en moest al haar wilskracht gebruiken om te voorkomen dat ze zichzelf op dit grootse moment geen schande aandeed. Voor de allereerste keer sinds haar vroege kindertijd waren haar wimpers binnen de T-vormige opening van de Griekse helm, kleverig van tra­nen ...

‘U wordt overgebracht in groepen van vier, zoals ik al eerder heb gezegd,’ zei raadsman Mishima. ‘De extra bagage volgt na een interval van vijf minuten. Staat u dan dus klaar om die bagage uit het tau-veld te halen. Als nu de eerste vier hun plaats willen innemen…’

Elizabeth Orme keek emotieloos toe hoe Bryan, Stein, Richard en Felice dicht opeen binnen het latwerk van de machine kropen en toen doodstil stonden. Ze hebben allemaal hun plannen gemaakt, dacht ze, behalve ik. Ze hebben een doel, ontroerend, vermakelijk of idioot. Maar ik stel me ermee tevreden in mijn rode ballon over de wereld van Ballingschap te glijden, kijkend naar al de mensen en de dieren beneden me, luisterend naar de wind en de schreeuw van vogels, het stuifmeel ruikend en de hars uit de bossen en de rook van branden in de weiden. Ik zal pas naar beneden komen wanneer ik voel dat de Aarde weer werke­lijkheid voor me wordt en ikzelf weer heel ben. Als dat ooit gebeurt. ..

Spiegelende wanden kwamen te voorschijn toen Mishima de knop omdraaide. De eerste vier mensen waren op weg. Aiken Drum, wiens gouden pak honderdvoudig glinsterde onder de kelderlichten, stapte impulsief naar voren.

‘Verdomme! Is dat alles? Het verbruikt niet eens genoeg energie om de lampen te laten dimmen!’ Hij bestudeerde de wijnrank­achtige kabels die uit de aangestampte aarden vloer leken te groeien en die in de hoogte van het gewelfde plafond verdwenen. Mishima waarschuwde hem niets aan te raken en Aiken maakte een geruststellend gebaar. Maar hij moest het van dichterbij bekijken. Het glasachtige buiswerk werd doorschoten met vaag bewegende patronen die zich op de grens van de zichtbaarheid bewogen. Op de kruisingen van de latwerkachtige constructie ontstonden kleine puntjes van onbeweeglijk licht dat van heel ver leek te komen.