Выбрать главу

‘Niet voor hij afgestudeerd is!’

Ik had begrip voor haar ontsteltenis en teleurstelling. ‘Hij kan schriftelijke lessen nemen, Ellie. De militaire dienst heeft ook cursussen waar een intelligente knaap als Jack zeker terecht kan. Ik ben bang dat dit onze enige kans is.’

Hij had al met het plan ingestemd. Een snelle sprong tijdopwaarts leerde hem dat hij in Europa zou worden gedetacheerd. ‘Daar kan ik een boel geschiedenis navorsen,’ zei hij. Vervolgens, kiclass="underline" ‘Bovendien wordt het wel tijd dat ik wat leer over wapens en strijdtechnieken. Het scheelde een haar of ik was vermoord in de eenentwintigste eeuw. Een paar leden van een horde kannibalen verrasten me en als ik er niet in was geslaagd om me een fractie van een seconde los te rukken…’

Het leger paste totaal niet bij zijn temperament, maar hij voltooide de basistraining en maakte vorderingen in elektronica; de gehele situatie deed hem duidelijk goed. Veel hiervan was echter ook te danken aan zijn excursies in het verleden. Die besloegen een paar extrajaren.

In zijn brieven kon hij hierover slechts toespelingen maken, omdat Kate ze ook las. Het was hard voor me om mijn mond te moeten houden over de kolossale feiten; om haar niet bij me te kunnen hebben toen hij eindelijk thuiskwam en me uren achtereen zijn aantekeningen en foto’s toonde en zijn herinneringen vertelde. (Details zijn onaantrekkelijk — problemen rond vaccinatie, taal, transport, geld, recht, tirannie, geweldpleging, enzovoort. ‘Dok, ik heb nooit geweten hoe anders de middeleeuwse mens was. Geweldige variaties van stad tot stad, van tijdperk tot tijdperk, maar altijd iets … iets Oosters? … nee, waarschijnlijk is het Oosten minder veranderd.’ Maar hij had gekeken naar de triomfantelijke intocht van Caesar’s legioenen door Rome, naar de gestroomlijnde vormen van Vikingschepen, dansend over de Oslofjord, en naar Leonardo da Vinci aan het werk … Hij had geen gelegenheid gehad om alles van nabij te observeren. Eigenlijk was hij razend over de kunstmatigheid van al zijn ervaringen. Hoeveel kun je leren in een totaal vreemde omgeving, als je nauwelijks een woord van de taal kent en alle kans loopt gearresteerd te worden, voordat je een stel kleren uit die tijd hebt kunnen bemachtigen? En toch: wat zou ik er niet voor hebben willen geven om daar ook te kunnen zijn?)

En wat voelde ik me een bedrieger tegenover Kate, door het haar niet te kunnen vertellen! Maar als Jack zijn mond kon houden tegen zijn moeder, dan moest ik dat zeker tegen mijn vrouw. Zijn oudere persona had gelijk gehad — en zou gelijk hebben — door er bij het kind die reflex van geheimhouding in te stampen. Denk maar eens aan de consequenties als bekend geworden zou zijn dat een man — of een kleine jongen — door de tijd kon zwemmen. Het is geen gezond lot voor een menselijk wezen om de sensatie van de eeuw te zijn. In dit geval moet je je ook de eisen, smeekbeden en razende aanslagen voorstellen, van de hebberige, de hongerige naar macht, de door de ideologie verblinden, de beroofden en de angstige om hem te gebruiken; de strijd tussen regeringen om hem te isoleren of te vernietigen, hij die de meest volmaakte spion of de niet te stoppen sluipmoordenaar kon zijn. Als hij dat al zou overleven en ook zijn gezonde verstand er niet onder zou lijden, zou hij spoedig geen andere keus hebben dan naar een ander tijdperk te vluchten en zijn talenten verborgen te houden. Nee, het is beter vanaf het begin een masker te dragen. Maar wat was nu het nut van zijn fantastische gave?

‘Tegen het einde van mijn duik in het verleden besteedde ik meer tijd aan denken dan aan zwerven,’ zei hij. We waren met de boot op Lake Winnego. Hij was een paar weken geleden al afgezwaaid en thuisgekomen, maar hij had me nog steeds een boel te vertellen. Dat kwam hoofdzakelijk doordat zijn moeder zijn morele steun nodig had bij haar scheiding van Birkelund, haar afstand nemen van situaties die inmiddels werkelijk pijnlijk waren geworden. Jack was nog volwassener geworden, en niet alleen lichamelijk. Twee jaar geleden — in mijn eigen tijd dan — was ik geconfronteerd met een man, hoewel een zeer jonge man, die nog bezig was een uitweg te zoeken uit zijn verwarring en verdriet. De Jack Havig die vandaag bij me in de boot zat, toonde een volmaakt evenwichtige zelfbeheersing.

Ik schoof mijn pijp naar de andere kant en draaide het roer om. We gingen overstag met klapperende zeilen. Het blauwe water glinsterde in de lentelucht. De koele wind droeg geuren aan van velden, bomen, appelbloesem en versgeploegde aarde. Een havik liet zich erop drijven.

‘Nou, je hebt genoeg onderwerpen gehad om over na te denken,’ antwoordde ik.

‘Ja. Om te beginnen,’ zei hij, ‘het probleem: hoe werkt tijdreizen?’

‘Wel, waarde heer, hoe werkt het?’

Hij bleef ernstig. ‘Ik heb een behoorlijke dosis elementaire natuurkunde opgestoken tijdens mijn elektronica-cursus. En ik heb veel gelezen over wat me persoonlijk erg interesseerde, inclusief materiaal dat ik in de toekomst heb geraadpleegd — boeken, toekomstige nummers van Scientific American en Nature etcetera. Volgens alle bekende theorieen is hetgeen is doe totaal onmogelijk. Het begint bij verstoring van het energiebehoud en gaat van daaruit verder.’

‘E pur si muove.’ (Uitspraak van Galileo Galilei: ‘En toch beweegt zij.’)

‘He, wat?… O ja. Dok, voor ik de Italiaanse renaissance bezocht, heb ik die periode bestudeerd en ontdekte dat Galilei dit nooit gezegd heeft. Hij heeft evenmin gewichten laten vallen van de scheve toren van Pisa. Goed.’ Hij ging nonchalant achterover op de bank liggen en opende een paar flesjes bier voor ons. ‘Okay, er zijn dus onvoorziene facetten in dat energiebehoud waar de officiele wetenschap geen vermoeden van heeft. In vele opzichten is tijdreizen gelijk aan sneller-dan-licht-reizen, waarvan de natuurkundigen ook verklaren dat het onmogelijk is.’

Ik keek hoe mijn tabaksrook door de wind werd weggedragen. De golven kabbelden rond het schip. ‘Ik lig een aantal lichtjaren op je achter,’ zei ik. ‘Ik snap niets van je lezing, hoewel ik de indruk heb dat je je strikt op wetenschappelijk bewezen feiten richt en dat je niet gelooft in iets, eh, bovennatuurlijks.’

Hij knikte. ‘Precies. Wat het proces ook mag zijn, het vindt plaats binnen het kader van de natuurwetten. In wezen is het natuurkundig. Het is een kwestie van een relatie tussen materie en energie. Maar toch rijst de vraag waarom ik het wel kan en een ander niet. Er zit niets anders voor me op dan te concluderen dat ik een afwijking in mijn genen heb.’

‘Oh?’

‘Over een jaar of tien zal men de moleculaire basis van erfelijkheid ontdekken.’

‘Wat?’ Ik veerde met een ruk overeind. ‘Daar moet je me meer over vertellen!’

‘Later, later. Ik zal u alles vertellen wat ik weet over DNA en de rest, hoewel het niet veel is. Het punt is, dat onze genen niet zomaar een blauwdruk voor het construeren van een foetus inhouden. Ze oefenen invloed uit op het hele leven door middel van controle op de enzymproductie. Je zou ze de levensessentie bij uitstek kunnen noemen. Wat kan er — naast enzymen — nog meer bij betrokken zijn? Deze beschaving zal zichzelf vernietigd hebben voor de mens die vraag heeft kunnen beantwoorden. Maar ik vermoed dat er een soort resonantie is — of iets dergelijks — in die geweldige moleculen: en als je genetische structuur toevallig precies goed resoneert, ben je tijdreiziger.’

‘Dat is inderdaad een interessante hypothese.’ Ik had de gewoonte ontwikkeld me in zijn bijzijn van understatements te bedienen. ‘Ik heb een empirisch bewijs,’ antwoordde hij. Heftig vervolgde hij: ‘Dok, ik heb nogal wat vrouwen gehad. Niet in deze decade, maar wel in de toekomst en in het verleden. Er zijn perioden dat het tamelijk gemakkelijk gaat en ik gebruik kan maken van het mysterieuze aureool dat me omringt.’

‘Gefeliciteerd,’ zei ik, bij gebrek aan beter.

Hij staarde over het meer. ‘Ze laten me niet koud,’ zei hij. ‘Ik bedoel, nou ja, als ze niet meer willen dan een stoeipartij, zoals die Dakota meisjes van een eeuw of drie geleden, okay, best. Maar zodra een affaire dieper gaat, voel ik me verantwoordelijk. Ik mag dan wel geen leven met haar samen van plan zijn — ik vraag me toch al af of ik ooit zal trouwen — maar ik controleer de eerstkomende jaren in haar toekomst en tracht er voor te zorgen dat het haar goed zal gaan.’ Zijn gezicht betrok een beetje. ‘Althans zo goed als het een sterveling kan gaan. Ik heb niet voldoende morele moed om het tijdstip van hun dood vast te stellen.’