Arene, Jorin – Een koopman en Duistervriend in Amador.
Arinvar – De zwaardhand van Sheriam.
Aryman, Deane (JV 920-1084)Amyrlin Zetel die de fouten van Bonwhin herstelde. Na haar ver heffing uit de Blauwe Ajah (JV 992) herstelde zij het gezag van Tar Valon en zij speelde het klaar dat de belegering van Tar Valon werd opgeheven. Zij stierf door een val van haar paard.
Asmodean – Een van de Verzakers. Men neemt aan dat hij zich tot de Duistere bekeerde in de hoop op een onsterfelijk leven vol muziek. Van hem is bekend dat hij kunstenaars die hij slecht vond, blind maakte of ver minkte, vooral degenen die hij als rivalen beschouwde. Even eens wordt verteld dat hij zijn eigen moeder suste en haar door Myrddraal liet wegvoeren. Lanfir dwong hem Rhands leraar in het geleiden te worden. Zie ook: Natael, Verzakers.
Avendesora – In de Oude Spraak: Levensboom.
Genoemd in vele verhalen en legenden, die uiteen lopende lokaties noemen. De ware lokatie is behalve aan de Aiel slechts aan weinigen bekend.
Avendoraldera – De boom die in de stad Cairhien groeide uit een loot van Avendesora, in 566 NE geschonken door de Aiel, hoewel geen enkele kroniek een verband tussen de Aiel en Avendesora noemt.
Aviendha – Een vrouw van de Bitterwatersibbe van de Taardad Aiel die voor Wijze leert. Zij vreest niets, behalve haar bestemming.
Avriny a’Roihan, Elaida do – Een Aes Sedai van de Rode Ajah die na het afzetten en sussen van Siuan Sanche in 999 NE tot Amyrlin verheven werd. Ooit was ze raadsvrouwe van konin gin Morgase van Andor. Zij kan soms voorspellen.
Aybara, Perijn – Een jonge smid uit Emondsveld, die stil en een zelvig van aard is. Met Rhand Altor en Mart Cauton verliet hij Tweewater, achtervolgd door dienaren van de Duistere. Na zijn terugkeer met vijf metgezellen bevrijdde hij de streek van Duistergebroed en Witmantels. Sindsdien noemt men hem Guldenoog. Hij is gehuwd met Faile.
Ba’alzamon – In de taal van de Trolloks: Hart van het Zwart. Velen nemen ten onrechte aan dat hiermee de Duistere aangeduid wordt.
Bael – Het stamhoofd van de Goshien Aiel. Hij is gehuwd met Dorindha.
Bair – De Wijze van de Haido sibbe van de Shaarad Aiel, een droomloopster.
Ballingschap – De periode tijdens en na het Breken van de Wereld, waarin vele Ogier gedwongen waren buiten hun stedding te leven. Zie ook: Smachten.
Baran – Een jonge heer uit Tyr die dol is op het kaartspel. Samen met de heren Edorion en Estean en de Cairhienin Meresin en Daricain breekt hij door de vijandelijke linies heen om hulp te zoeken voor het belegerde Cairhien.
Bashere, Davram – Davram t’Ghaline Bashere van Huis Bashere, heer van Bashere, Tair en Sidona, Wachter aan de Verwor dingsgrens, Verdediger van het Hartland, Opperste Krijgsheer van koningin Tenobia van Saldea. Hij is gehuwd met Deira.
Beestenspul – Een rondreizend gezelschap met mensen en dieren die kunsten vertonen.
Beonin – Een Aes Sedai van de Grijze Ajah die lid is van Sheriams raad.
Berelain sur Paendrag – De Eerste van Mayene, Gezegend door het Licht, Verdediger van de Gol ven, Hoogzetel van Huis Paeron. Een schone en sterke vrouwe en een vaardig heerseres.
Beteugelde – Een geleidster van de Ene Kracht die door de Seanchanen letterlijk aangelijnd is, waardoor ze volkomen dienstbaar wordt aan haar sul’dam. Zie ook: A’dam.
Binnenstad – Het oudste gedeelte van de stad Caemlin, dat door de Ogier is aangelegd. Midden in de Binnenstad ligt het paleis van de koningin van Andor.
Birgitte – De goudblonde heldin en hoofdpersoon van vele speel mansverhalen, bijna even bekend om haar schoonheid als om haar moed en haar vaardigheid in het boogschieten. Men zegt dat haar zilveren boog en zilveren pijlen nooit hun doel misten. Zij is een van de helden die worden opgeroepen door de Hoorn van Valere, net als haar legendarische geliefde, de zwaardmeester Gaidal Cain. Afgezien van haar uiterlijk en de vaardigheid op de boog heeft ze weinig van de figuur uit de verhalen.
Boomdoders – Aielnaam voor Cairhienin, altijd uitgesproken met afkeer en verontwaardiging.
Breken van de Wereld – Tijdens de Tijd van Waanzin werd iedere mannelijke Aes Sedai krankzinnig. Zij veroorzaakten enorme aardschokken, effenden bergketens, stuwden nieuwe toppen omhoog en lieten oceanen het land overstromen. Grote delen van de wereld werden geheel ontvolkt en de overledenen werden als stof in de wind verspreid. Deze vernietiging wordt in kronieken, verhalen en legenden aangeduid als het Breken van de Wereld.
Brin, Garet – Deze voormalige kapitein-generaal van de Andoraanse koninginnegarde werd verbannen door koningin Morgase. Wordt beschouwd als een van de grootste levende generaals. Zijn blazoen toont drie gouden sterren, elk met vijf punten. Het zegel van Huis Brin toont een wilde stier met de rozenkroon van Andor om de nek.
Bruan – Het stamhoofd van de Nakai Aiel, lid van de Zoutvlaktesibbe.
Cadin’sor – In de Oude Spraak: Werkkleding. Dracht van Aiel krijgers: een jas en een halflange broek in bruin- en grijstinten die opgaan in rotsen en schaduwen. Er worden zachte, kniehoge laar zen bij gedragen.
Caemlin – De hoofdstad van Andor. Deze is verdeeld in een Nieuwe Stad en een oudere Bin nenstad, die nog door Ogier is aangelegd.
Cain, Gaidal – Een groot zwaardmeester die in legenden en verhalen altijd is verbonden met Birgitte. Naar verluidt even schoon als zij en onoverwinne lijk als hij op zijn geboortegrond streed. Een van de helden die worden opgeroepen als de Hoorn van Valere schalt.
Cairhien – Zowel een natie langs de Rug van de Wereld als de hoofdstad ervan. De stad werd tijdens de Aiel-oorlog (976-978 NE) geplunderd en platgebrand, zoals zovele steden en dorpen. De oorlog verdreef vele boeren van hun land, waardoor er graan moest worden ingevoerd. Sinds de moord op koning Galdrian (998 NE) is het land verwikkeld in een felle Opvolgingsstrijd die hongersnood gebracht heeft. De banier van Cairhien toont een opkomende gouden zon op een veld van azuur.
Callandor – Het Zwaard dat geen zwaard is, het Onberoerbare Zwaard. Kristallen wapen dat zich in de Steen van Tyr bevindt, een krachtige mannelijke sa’angreaal. Volgens de Voorspellingen van de Draak was het opnemen ervan, samen met de val van de Steen, een belangrijk teken van de wedergeboorte van de Draak en het naderen van Tarmon Gai’don. Voor zijn vertrek uit Tyr dreef Rhand Altor het wapen in de vloer van het Hart van de Steen.
Car’a’carn – Het hoofd der Aiel stamhoofden, een titel die in Rhuidean verworven werd. De drager ervan is getekend door draken op beide onderarmen. De Wijzen hebben Rhand Altor uit geroepen tot car’a’carn, wat betwist wordt door Couladin van de Shaido.
Caralin – De vrouwelijke rechterhand van Garet Brin, op zijn landgoed in Korense Bronnen.
Carlinya – Een Aes Sedai van de Witte Ajah, lid van Sheriams raad.
Cauton, Mart (Martrim) – Een jongeman uit Emondsveld, bevriend met Perijn en Rhand. De laatste vergezelde hij naar Rhuidean, waar hij door een ter’angreaal stapte. Dit werd bijna zijn dood, maar het leverde hem een munt met een vossenkop op, die hem beschermt tegen saidar, en een lans met een zwaardkling waarop raven staan afgebeeld. Sindsdien spreekt hij ook de Oude Spraak en heeft hij talloze herinneringen die hij eerst niet had. Hij is ta’veren en heeft extreem veel geluk.